Inicio ->Diccionarios ->alemán/neerlandés ->Buscar: Wärme

Resultados de Wärme en alemán y neerlandés

Resumen
Alemán a neerlandés:   más información...
  1. Wärme:
  2. wärmen:
  3. Wiktionary:
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. warm:
  2. Wiktionary:

Alemán

Traducciones detalladas de Wärme de alemán a neerlandés

Wärme:

Wärme [die ~] sustantivo

  1. die Wärme (Hitze; Glut)
    de warmte; de gloed; de hitte
    • warmte [de ~ (v)] sustantivo
    • gloed [de ~ (m)] sustantivo
    • hitte [de ~ (v)] sustantivo

Translation Matrix for Wärme:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
gloed Glut; Hitze; Wärme Elan; Glut; Leidenschaft; Leuchteffekt; Leuchten; Passion; Schein; Schein nach außen; Schimmer; Schwung
hitte Glut; Hitze; Wärme
warmte Glut; Hitze; Wärme

Sinónimos de "Wärme":


Wiktionary: Wärme

Wärme
noun
  1. de mate waarin het weer warm is.
Cross Translation:
FromToVia
• Wärme → hitte; warmte ↔ heat — thermal energy
• Wärme → hitte ↔ heat — condition or quality of being hot

Wärme forma de wärmen:

wärmen verbo (wärme, wärmst, wärmt, wärmte, wärmtet, gewärmt)

  1. wärmen (erwärmen von Essen; aufwärmen; erhitzen; )
    opwarmen; verwarmen; verhitten; warm maken; eten opwarmen
  2. wärmen (erwärmen)
    warmen
    • warmen verbo (warm, warmt, warmde, warmden, gewarmd)
  3. wärmen (erwärmen; aufwärmen)
    zich warmen

Conjugaciones de wärmen:

Präsens
  1. wärme
  2. wärmst
  3. wärmt
  4. wärmen
  5. wärmt
  6. wärmen
Imperfekt
  1. wärmte
  2. wärmtest
  3. wärmte
  4. wärmten
  5. wärmtet
  6. wärmten
Perfekt
  1. habe gewärmt
  2. hast gewärmt
  3. hat gewärmt
  4. haben gewärmt
  5. habt gewärmt
  6. haben gewärmt
1. Konjunktiv [1]
  1. wärme
  2. wärmest
  3. wärme
  4. wärmen
  5. wärmet
  6. wärmen
2. Konjunktiv
  1. wärmte
  2. wärmtest
  3. wärmte
  4. wärmten
  5. wärmtet
  6. wärmten
Futur 1
  1. werde wärmen
  2. wirst wärmen
  3. wird wärmen
  4. werden wärmen
  5. werdet wärmen
  6. werden wärmen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde wärmen
  2. würdest wärmen
  3. würde wärmen
  4. würden wärmen
  5. würdet wärmen
  6. würden wärmen
Diverses
  1. wärm!
  2. wärmt!
  3. wärmen Sie!
  5. gewärmt
  6. wärmend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Translation Matrix for wärmen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
opwarmen Aufwärmen; Warmlaufen; sich Heißlaufen
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
eten opwarmen aufbraten; aufkochen; aufwärmen; erhitzen; erwärmen von Essen; feuern; glühen; heizen; heißlaufen; wärmen; überhitzen
opwarmen aufbraten; aufkochen; aufwärmen; erhitzen; erwärmen von Essen; feuern; glühen; heizen; heißlaufen; wärmen; überhitzen
verhitten aufbraten; aufkochen; aufwärmen; erhitzen; erwärmen von Essen; feuern; glühen; heizen; heißlaufen; wärmen; überhitzen
verwarmen aufbraten; aufkochen; aufwärmen; erhitzen; erwärmen von Essen; feuern; glühen; heizen; heißlaufen; wärmen; überhitzen
warm maken aufbraten; aufkochen; aufwärmen; erhitzen; erwärmen von Essen; feuern; glühen; heizen; heißlaufen; wärmen; überhitzen
warmen erwärmen; wärmen
zich warmen aufwärmen; erwärmen; wärmen

Sinónimos de "wärmen":


Wiktionary: wärmen

wärmen
verb
  1. iets warm maken
Cross Translation:
FromToVia
• wärmen → opwarmen; verwarmen; warm houden ↔ warm — to make or keep warm



Neerlandés

Traducciones detalladas de Wärme de neerlandés a alemán

Wärme forma de warm:

warm

  1. warm
    warm

warm adj.

  1. warm (brandend; vurig; gloeiend; )
    feurig; entzündet; brennend; scharf

Translation Matrix for warm:

OtherTraducciones relacionadasOther Translations
warm warm
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
brennend brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm brandend; vlammend
entzündet brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm
feurig brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm brandend; erg; fel; geagiteerd; geil; gekruid; gepassioneerd; gepeperd; gloedvol; hartig; hartstochtelijk; heet; heetbloedig; heethoofdig; heftig; hevig; hitsig; krachtig; levendig; meedogenloos; met hevige passie; opgewonden; pikant; pittig; seksueel opgewonden; stormachtig; temperamentvol; verhit; vlammend; vurig; warmbloedig; wreed
scharf brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm agressief; barbaars; beestachtig; bijtend; bijterig; bits; bruut; fel; felle; geducht; gekruid; gepeperd; gewelddadig; goed snijdend; hanig; hartig; heet; heftig; hel; in hoge mate; inbijtend; inhumaan; invretend; inwerkend; kattig; kruidig; messcherp; met sarcasme; monsterlijk; onbeheerst; onmenselijk; onstuimig; onvriendelijk; pikant; pinnig; pittig; sarcastisch; scherp; scherp van smaak; scherpgerand; smaak prikkelend; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig; vlijmend; vlijmscherp; wreed
warm hartelijk; minnelijk; vriendelijk

Palabras relacionadas con "warm":

  • warmer, warmere, warmst, warmste, warme

Antónimos de "warm":


Definiciones relacionadas de "warm":

  1. hartelijk en vriendelijk1
    • we werden warm ontvangen bij die familie1
  2. met een hoge temperatuur1
    • in de zomer is het vaak warm buiten1

Wiktionary: warm

warm
adjective
  1. Na te kijken en uit te splitsen vertalingen
Cross Translation:
FromToVia
• warm → heiß ↔ hot — having a high temperature
• warm → warm ↔ warm — having a temperature slightly higher than usual
• warm → warmherzig; fürsorglich ↔ warm — caring, of relation to another person
• warm → warm; heiß ↔ chaud — De température plus haute que la normale, de température élevée.

Traducciones relacionadas de Wärme







Tu diccionario de traducción gratuito, rápido y sencillo

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Página generada en 0.0603 segundos
Página mostrada en 1.0 segundos