Resumen
Alemán a neerlandés:   más información...
  1. anheizen:


Alemán

Traducciones detalladas de anheizen de alemán a neerlandés

anheizen:

anheizen verbo

  1. anheizen (anspornen; anfeuern)
    aanmoedigen; toejuichen; bezielen; aanvuren
    • aanmoedigen verbo (moedig aan, moedigt aan, moedigde aan, moedigden aan, aangemoedigd)
    • toejuichen verbo (juich toe, juicht toe, juichte toe, juichten toe, toegejuicht)
    • bezielen verbo (beziel, bezielt, bezielde, bezielden, bezield)
    • aanvuren verbo (vuur aan, vuurt aan, vuurde aan, vuurden aan, aangevuurd)

Translation Matrix for anheizen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
aanmoedigen Anfeuern; Animieren; Anregen; Anreizen; Anspornen; Anstoßen; Antreiben; Ermutigen
aanvuren Anfeuern; Anreizen; Antreiben; Ermutigen
toejuichen Anfeuern; Anreizen; Antreiben; Ermutigen
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
aanmoedigen anfeuern; anheizen; anspornen aktivieren; anblasen; anfachen; anfeuern; animieren; anregen; anschüren; anspornen; aufmuntern; bejauchzen; beleben; ermuntern; ermutigen; feiern; hervorrufen; jemand motivieren; jubeln; komplimentieren; motivieren; neubeleben; schüren; stimulieren; unterstützen; wecken; zujauchzen; zujubeln; zusprechen
aanvuren anfeuern; anheizen; anspornen anblasen; anfachen; anschüren; aufmuntern; bejauchzen; ermuntern; ermutigen; feiern; jubeln; komplimentieren; schüren; zujauchzen; zujubeln; zusprechen
bezielen anfeuern; anheizen; anspornen aktivieren; anregen; begeistern; beleben; hervorrufen; inspirieren; neubeleben; wecken
toejuichen anfeuern; anheizen; anspornen bejauchzen; bejubeln; feiern; jubeln; komplimentieren; zujauchzen; zujubeln

Sinónimos de "anheizen":