Resumen
Inglés a neerlandés:   más información...
  1. required:
  2. require:
  3. Wiktionary:
  4. User Contributed Translations for required:
    • gewenste


Inglés

Traducciones detalladas de required de inglés a neerlandés

required:


Translation Matrix for required:

AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
nodig essential; imperative; inevitable; inevitably; necessarily; necessary; needfully; of necessity; pressing; required; urgent; vital
noodzakelijk essential; imperative; inevitable; inevitably; necessarily; necessary; needfully; of necessity; pressing; required; urgent; vital central; crucial; elemental; essential; fundamental; indispensable; material; vital; wanted
verplicht compulsory; mandatory; required bound; committed; compulsory; forced; forcible; indebted; involuntary; obligatory; obliged; tied
- needed; needful; requisite
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
door de behoefte vereist essential; imperative; inevitable; inevitably; necessarily; necessary; needfully; of necessity; pressing; required; urgent; vital

Palabras relacionadas con "required":


Sinónimos de "required":


Definiciones relacionadas de "required":

  1. required by rule1
    • required reading1
  2. necessary for relief or supply1

Wiktionary: required


Cross Translation:
FromToVia
required bindend; dwingend; gedwongen; verbindend; verplicht; verplichtend obligatoire — Qui a la force d’obliger suivant la religion, suivre la loi.

required forma de require:

to require verbo (requires, required, requiring)

  1. to require (demand)
    vereisen; verlangen; eisen; vergen
    • vereisen verbo (vereis, vereist, vereiste, vereisten, vereist)
    • verlangen verbo (verlang, verlangt, verlangde, verlangden, verlangd)
    • eisen verbo (eis, eist, eiste, eisten, geëist)
    • vergen verbo (verg, vergt, vergde, vergden, gevergd)
  2. to require (request; ask; apply to; )
    vragen; verzoeken; aanvragen; uitnodigen; aanzoeken
    • vragen verbo (vraag, vraagt, vroeg, vroegen, gevraagd)
    • verzoeken verbo (verzoek, verzoekt, verzocht, verzochten, verzocht)
    • aanvragen verbo (vraag aan, vraagt aan, vroeg aan, vroegen aan, aangevraagd)
    • uitnodigen verbo (nodig uit, nodigt uit, nodigde uit, nodigden uit, uitgenodigd)
    • aanzoeken verbo (zoek aan, zoekt aan, zocht aan, zochten aan, aangezocht)
  3. to require (need; want)
    nodig hebben; behoeven; benodigen
    • nodig hebben verbo (heb nodig, hebt nodig, heeft nodig, had nodig, hadden nodig, nodig gehad)
    • behoeven verbo (behoef, behoeft, behoefde, behoefden, behoefd)
    • benodigen verbo (benodig, benodigt, benodigde, benodigden, benodigd)

Conjugaciones de require:

present
  1. require
  2. require
  3. requires
  4. require
  5. require
  6. require
simple past
  1. required
  2. required
  3. required
  4. required
  5. required
  6. required
present perfect
  1. have required
  2. have required
  3. has required
  4. have required
  5. have required
  6. have required
past continuous
  1. was requiring
  2. were requiring
  3. was requiring
  4. were requiring
  5. were requiring
  6. were requiring
future
  1. shall require
  2. will require
  3. will require
  4. shall require
  5. will require
  6. will require
continuous present
  1. am requiring
  2. are requiring
  3. is requiring
  4. are requiring
  5. are requiring
  6. are requiring
subjunctive
  1. be required
  2. be required
  3. be required
  4. be required
  5. be required
  6. be required
diverse
  1. require!
  2. let's require!
  3. required
  4. requiring
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Translation Matrix for require:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
aanvragen applying; applying for something; asking for; requesting
verlangen craving; desire; hankering; longing; wanting; wish; yearning
verzoeken questions; requests
vragen questions; requests
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
aanvragen appeal; apply to; ask; beg; examine; petition; pretest; query; request; require; test; try; try out apply for; ask for; claim; file a petition; petition; query; request
aanzoeken appeal; apply to; ask; beg; examine; petition; pretest; query; request; require; test; try; try out
behoeven need; require; want
benodigen need; require; want
eisen demand; require claim; complain; demand; lay claim to; object; protest
nodig hebben need; require; want
uitnodigen appeal; apply to; ask; beg; examine; petition; pretest; query; request; require; test; try; try out begin; call in; engage; enlist; initiate; invite; invoke; operationalize
vereisen demand; require
vergen demand; require
verlangen demand; require covet; crave; desire; have one's heart set on; hope; languish; long; long for; pine; to want something very badly; want; will; wish; yearn
verzoeken appeal; apply to; ask; beg; examine; petition; pretest; query; request; require; test; try; try out appeal; apply for; ask; ask for; beg; beseech; claim; file a petition; implore; petition; plead; pray; query; request
vragen appeal; apply to; ask; beg; examine; petition; pretest; query; request; require; test; try; try out appeal; apply for; ask; ask for; beg; beseech; claim; demand; file a petition; implore; petition; plead; pray; query; request; wonder
- ask; call for; command; demand; expect; involve; necessitate; need; postulate; take; want
OtherTraducciones relacionadasOther Translations
- call for; claim; damend; demand; need; reserve; want

Palabras relacionadas con "require":


Sinónimos de "require":


Antónimos de "require":

  • obviate

Definiciones relacionadas de "require":

  1. make someone do something1
  2. consider obligatory; request and expect1
    • We require our secretary to be on time1
  3. have need of1
  4. require as useful, just, or proper1
    • success usually requires hard work1

Wiktionary: require

require
verb
  1. -
require
verb
  1. nodig hebben
  2. als noodzakelijke voorwaarde hebben

Cross Translation:
FromToVia
require eisen exigerdemander quelque chose en vertu d’un droit légitime ou prétendre tel.
require hoeven; behoeven; nodig hebben; toe zijn aan requérirprier, demander quelqu’un.
require reclameren; hoeven; behoeven; nodig hebben; toe zijn aan réclamerimplorer ; demander avec instance.