Resumen
Inglés a neerlandés: más información...
- lasting:
- last:
-
Wiktionary:
- lasting → bestendig, gedurig
- lasting → duurzaam
- last → leest, last
- last → volhouden, duren
- last → laatst, afgelopen, vorig
- last → vorig, duren, doorgaan, verder gaan met, vervolgen, voortgaan, voortzetten, aanhouden, beklijven, standhouden, voortduren, blijven, laatst, laatste, verdord, verlept, afgelopen, laatstleden, verleden, verschenen, vervlogen, voorbij
Inglés
Traducciones detalladas de lasting de inglés a neerlandés
lasting:
-
lasting (durable)
– existing for a long time 1 -
lasting (durable)
– existing for a long time 1 -
lasting (constant; everlasting)
-
lasting (continuous; constant; all the time; continual; persistent; laced; repeated; unremitting; all along; everlasting; permanent; uninterrupted; restless; unbroken; connected; unceasing; undisturbed; untiring)
voortdurend; ononderbroken; continue; de hele tijd; onophoudelijk; steeds; almaar; gedurig; telkens; aldoor-
voortdurend adj.
-
ononderbroken adj.
-
continue adj.
-
de hele tijd adj.
-
onophoudelijk adj.
-
steeds adj.
-
almaar adv.
-
gedurig adj.
-
telkens adv.
-
aldoor adv.
-
-
lasting (continuous; constant; continual)
-
lasting (everlasting; perpetual; continuous; unremitting; permanent; constant; unceasing; continual; persistent; unending)
eeuwig; constant; doorlopend; continue; altijddurend-
eeuwig adj.
-
constant adj.
-
doorlopend adj.
-
continue adj.
-
altijddurend adj.
-
-
the lasting (continuing)
Translation Matrix for lasting:
Palabras relacionadas con "lasting":
Sinónimos de "lasting":
Antónimos de "lasting":
Definiciones relacionadas de "lasting":
Wiktionary: lasting
lasting forma de last:
-
last (of this month)
jongstleden-
jongstleden adj.
-
-
last (previous; preceding)
-
last (hindmost; final; closing)
-
last (last mentioned; last named)
-
last
laatstelijk-
laatstelijk adv.
-
Conjugaciones de last:
present
- last
- last
- lasts
- last
- last
- last
simple past
- lasted
- lasted
- lasted
- lasted
- lasted
- lasted
present perfect
- have lasted
- have lasted
- has lasted
- have lasted
- have lasted
- have lasted
past continuous
- was lasting
- were lasting
- was lasting
- were lasting
- were lasting
- were lasting
future
- shall last
- will last
- will last
- shall last
- will last
- will last
continuous present
- am lasting
- are lasting
- is lasting
- are lasting
- are lasting
- are lasting
subjunctive
- be lasted
- be lasted
- be lasted
- be lasted
- be lasted
- be lasted
diverse
- last!
- let's last!
- lasted
- lasting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Translation Matrix for last:
Palabras relacionadas con "last":
Sinónimos de "last":
Antónimos de "last":
Definiciones relacionadas de "last":
Wiktionary: last
last
Cross Translation:
noun
verb
adjective
last
verb
adjective
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• last | → duren | ↔ dauern — (intransitiv) über bestimmten Zeitraum erstrecken, für eine bestimmt Zeitspanne anhalten, währen |
• last | → doorgaan; verder gaan met; vervolgen; voortgaan; voortzetten; aanhouden; beklijven; duren; standhouden; voortduren; blijven | ↔ continuer — poursuivre ce qui commencer. |
• last | → laatst; laatste | ↔ dernier — Dans un ensemble trié, l’élément qui arrive après tous les autres. |
• last | → verdord; verlept; afgelopen; laatstleden; verleden; verschenen; vervlogen; voorbij | ↔ passé — Qui est périmé. |