Resumen
Inglés a neerlandés: más información...
-
self-command:
La palabra self-command existe en nuestra base de datos, pero actualmente no disponemos de traducción de English a Dutch.-
Sinónimos de "self-command":
self-control; self-possession; possession; willpower; self-will; resoluteness; firmness; firmness of purpose; resolve; resolution
-
Sinónimos de "self-command":
Inglés
Traducciones detalladas de self-command de inglés a neerlandés
self-command: (*Aplicando el separador de palabras y frases)
- self: zelf; ikzelf; zelve
- command: opdracht; taak; order; consigne; dwangbevel; bevelschrift; beheersing; mate van bekwaamheid; besturen; leiding geven; voorzitten; managen; bevel; commando; macht; gezag; autoriteit; heerschappij; leiden; leidinggeven; aanvoeren; commanderen; bevel voeren over; gebod; leiding; voorgaan; aanvoering; gebieden; bevelen; opdragen; gelasten; verordenen; decreteren; voorschrift; aanwijzing; instructie; verordonneren; dienstorder; oppperbevel
self-command:
Translation Matrix for self-command:
Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
- | possession; self-control; self-possession; self-will; will power; willpower | |
Other | Traducciones relacionadas | Other Translations |
- | self-control; self-restraint |
Sinónimos de "self-command":
Definiciones relacionadas de "self-command":
Traducciones automáticas externas: