Resumen
Inglés a neerlandés:   más información...
  1. speak badly:


Inglés

Traducciones detalladas de speak badly de inglés a neerlandés

speak badly:

speak badly verbo

  1. speak badly (gossip)
    roddelen; kwaadspreken; belasteren; lasteren
    • roddelen verbo (roddel, roddelt, roddelde, roddelden, geroddeld)
    • kwaadspreken verbo (spreek kwaad, spreekt kwaad, sprak kwaad, spraken kwaad, kwaad gesproken)
    • belasteren verbo (belaster, belastert, belasterde, belasterden, belasterd)
    • lasteren verbo (laster, lastert, lasterde, lasterden, gelasterd)

Translation Matrix for speak badly:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
belasteren blacking; denigrate
kwaadspreken blacking; denigrate
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
belasteren gossip; speak badly defamate; slander
kwaadspreken gossip; speak badly defamate; slander
lasteren gossip; speak badly defamate; slander
roddelen gossip; speak badly

Traducciones relacionadas de speak badly