Resumen
Español a neerlandés: más información...
-
gestor:
-
Wiktionary:
gestor → bemiddelaar, tussenpersoon
gestor → directeur -
Sinónimos de "gestor":
administrador; apoderado; delegado; gerente; mandatario
habilitado; cobrador; recaudador
testamentario; albacea; custodio; fideicomisario; fiduciario; legatario; intendente; director; tutor
-
Wiktionary:
Español
Traducciones detalladas de gestor de español a neerlandés
gestor:
Sinónimos de "gestor":
Wiktionary: gestor
gestor
Cross Translation:
noun
-
tussenpersoon (intermediair) die partijen tot elkaar probeert te brengen
-
bemiddelaar in zaken of onderhandelingen, persoon die bemiddelt tussen een producent en een consument bij een transactie of tussen twee partijen bij een geschil
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gestor | → directeur | ↔ manager — person whose job is to manage something (for female equivalents, see manageress |