Español

Traducciones detalladas de alinear de español a neerlandés

alinear:

alinear verbo

  1. alinear (apuntar)
    richten; in een bep. richting plaatsen; mikken
  2. alinear (coordinar; rectificar; estar bien encaminado; llevar buen camino)
    in goede banen leiden
    • in goede banen leiden verbo (leid in goede banen, leidt in goede banen, leidde in goede banen, leidden in goede banen, in goede banen geleden)
  3. alinear (rectificar; coordinar)
    gelijkrichten
    • gelijkrichten verbo (richt gelijk, richtte gelijk, richtten gelijk, gelijkgericht)
  4. alinear
    uitbalanceren; richten; uitlijnen
    • uitbalanceren verbo (balanceer uit, balanceert uit, balanceerde uit, balanceerden uit, uitgebalanceerd)
    • richten verbo (richt, richtte, richtten, gericht)
    • uitlijnen verbo (lijn uit, lijnt uit, lijnde uit, lijnden uit, uitgelijnd)
  5. alinear
    uitlijnen
    • uitlijnen verbo (lijn uit, lijnt uit, lijnde uit, lijnden uit, uitgelijnd)

Conjugaciones de alinear:

presente
  1. alineo
  2. alineas
  3. alinea
  4. alineamos
  5. alineáis
  6. alinean
imperfecto
  1. alineaba
  2. alineabas
  3. alineaba
  4. alineábamos
  5. alineabais
  6. alineaban
indefinido
  1. alineé
  2. alineaste
  3. alineó
  4. alineamos
  5. alineasteis
  6. alinearon
fut. de ind.
  1. alinearé
  2. alinearás
  3. alineará
  4. alinearemos
  5. alinearéis
  6. alinearán
condic.
  1. alinearía
  2. alinearías
  3. alinearía
  4. alinearíamos
  5. alinearíais
  6. alinearían
pres. de subj.
  1. que alinee
  2. que alinees
  3. que alinee
  4. que alineemos
  5. que alineéis
  6. que alineen
imp. de subj.
  1. que alineara
  2. que alinearas
  3. que alineara
  4. que alineáramos
  5. que alinearais
  6. que alinearan
miscelánea
  1. ¡alinea!
  2. ¡alinead!
  3. ¡no alinees!
  4. ¡no alineéis!
  5. alineado
  6. alineando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Translation Matrix for alinear:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
gelijkrichten alinear; coordinar; rectificar
in een bep. richting plaatsen alinear; apuntar
in goede banen leiden alinear; coordinar; estar bien encaminado; llevar buen camino; rectificar
mikken alinear; apuntar apuntar
richten alinear; apuntar
uitbalanceren alinear balancear
uitlijnen alinear ajustar

Sinónimos de "alinear":


Wiktionary: alinear


Cross Translation:
FromToVia
alinear in een rij opstellen; in de rij zetten aligner — Traductions à trier suivant le sens