Español

Traducciones detalladas de exagerar de español a neerlandés

exagerar:

exagerar verbo

  1. exagerar (engrosar)
    overdrijven; opkloppen; opblazen; aandikken; iets overdreven voorstellen
    • overdrijven verbo (overdrijf, overdrijft, overdreef, overdreven, overdreven)
    • opkloppen verbo (klop op, klopt op, klopte op, klopten op, opgeklopt)
    • opblazen verbo (blaas op, blaast op, blies op, bliezen op, opgeblazen)
    • aandikken verbo (dik aan, dikt aan, dikte aan, dikten aan, aangedikt)
  2. exagerar (abultar)
    overdrijven; opkloppen; opblazen; aandikken; opschroeven; overdreven voorstellen
    • overdrijven verbo (overdrijf, overdrijft, overdreef, overdreven, overdreven)
    • opkloppen verbo (klop op, klopt op, klopte op, klopten op, opgeklopt)
    • opblazen verbo (blaas op, blaast op, blies op, bliezen op, opgeblazen)
    • aandikken verbo (dik aan, dikt aan, dikte aan, dikten aan, aangedikt)
    • opschroeven verbo (schroef op, schroeft op, schroefde op, schroefden op, opgeschroefd)

Conjugaciones de exagerar:

presente
  1. exagero
  2. exageras
  3. exagera
  4. exageramos
  5. exageráis
  6. exageran
imperfecto
  1. exageraba
  2. exagerabas
  3. exageraba
  4. exagerábamos
  5. exagerabais
  6. exageraban
indefinido
  1. exageré
  2. exageraste
  3. exageró
  4. exageramos
  5. exagerasteis
  6. exageraron
fut. de ind.
  1. exageraré
  2. exagerarás
  3. exagerará
  4. exageraremos
  5. exageraréis
  6. exagerarán
condic.
  1. exageraría
  2. exagerarías
  3. exageraría
  4. exageraríamos
  5. exageraríais
  6. exagerarían
pres. de subj.
  1. que exagere
  2. que exageres
  3. que exagere
  4. que exageremos
  5. que exageréis
  6. que exageren
imp. de subj.
  1. que exagerara
  2. que exageraras
  3. que exagerara
  4. que exageráramos
  5. que exagerarais
  6. que exageraran
miscelánea
  1. ¡exagera!
  2. ¡exagerad!
  3. ¡no exageres!
  4. ¡no exageréis!
  5. exagerado
  6. exagerando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Translation Matrix for exagerar:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
aandikken abultar; engrosar; exagerar
iets overdreven voorstellen engrosar; exagerar
opblazen abultar; engrosar; exagerar explotar; volar
opkloppen abultar; engrosar; exagerar
opschroeven abultar; exagerar hacer subir
overdreven voorstellen abultar; exagerar
overdrijven abultar; engrosar; exagerar acusar; culpar; inculpar
OtherTraducciones relacionadasOther Translations
opblazen volar

Sinónimos de "exagerar":


Wiktionary: exagerar

exagerar
verb
  1. overdrijven
  2. iets overdreven voorstellen om iemand of iets belachelijk te maken
  3. de feiten groter, kleiner, mooier of slechter voorstellen dan ze zijn

Cross Translation:
FromToVia
exagerar overdrijven exaggerate — to overstate, to describe more than is fact