Resumen
Francés a neerlandés: más información...
-
nez à nez:
-
Wiktionary:
nez à nez → vlak voor zijn neus
-
Wiktionary:
Francés
Traducciones detalladas de nez à nez de francés a neerlandés
nez à nez: (*Aplicando el separador de palabras y frases)
- nez: neus; neus anatomie; instinct; aandrift; speurzin; natuurdrift
- A: EVERYONE; A
- avoir: hebben; bezitten; beschikken over; in eigendom hebben; afzetten; bedriegen; oplichten; misleiden; belazeren; bedonderen; besodemieteren; beduvelen; zwendelen; bezit; tegoed; baten; activa; vermogen; geldelijk vermogen; creditnota
- à: naar; toe; naar toe; in; te; van; aan; bij; erbij; erop; ergens naartoe; via; ter; à; daaraan
- ça: het
Wiktionary: nez à nez
nez à nez
adjective
-
face à face.
- nez à nez → vlak voor zijn neus