Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. afgebrand:
  2. afbranden:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de afgebrand de neerlandés a alemán

afgebrand:

afgebrand adj.

  1. afgebrand (blut; platzak)

Translation Matrix for afgebrand:

ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
abgebrannt afgebrand; blut; platzak
blank afgebrand; blut; platzak blinkend; eenduidig; glimmend; glunderend; ondubbelzinnig
pleite afgebrand; blut; platzak

Palabras relacionadas con "afgebrand":

  • afgebrande

afbranden:

afbranden verbo (brand af, brandt af, brandde af, brandden af, afgebrand)

  1. afbranden (platbranden; leegbranden; uitbranden)
    abbrennen; ausbrennen; niederbrennen
    • abbrennen verbo (brene ab, brenst ab, brent ab, brente ab, brentet ab, abgebrent)
    • ausbrennen verbo (brenne aus, brennst aus, brennt aus, brannte aus, branntet aus, ausgebrannt)
    • niederbrennen verbo (brenne nieder, brennst nieder, brennt nieder, brannte nieder, branntet nieder, niedergebrannt)

Conjugaciones de afbranden:

o.t.t.
  1. brand af
  2. brandt af
  3. brandt af
  4. branden af
  5. branden af
  6. branden af
o.v.t.
  1. brandde af
  2. brandde af
  3. brandde af
  4. brandden af
  5. brandden af
  6. brandden af
v.t.t.
  1. heb afgebrand
  2. hebt afgebrand
  3. heeft afgebrand
  4. hebben afgebrand
  5. hebben afgebrand
  6. hebben afgebrand
v.v.t.
  1. had afgebrand
  2. had afgebrand
  3. had afgebrand
  4. hadden afgebrand
  5. hadden afgebrand
  6. hadden afgebrand
o.t.t.t.
  1. zal afbranden
  2. zult afbranden
  3. zal afbranden
  4. zullen afbranden
  5. zullen afbranden
  6. zullen afbranden
o.v.t.t.
  1. zou afbranden
  2. zou afbranden
  3. zou afbranden
  4. zouden afbranden
  5. zouden afbranden
  6. zouden afbranden
diversen
  1. brand af!
  2. brandt af!
  3. afgebrand
  4. afbrandende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for afbranden:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
abbrennen afbranden; leegbranden; platbranden; uitbranden opbranden; uitbranden
ausbrennen afbranden; leegbranden; platbranden; uitbranden opbranden; uitbranden
niederbrennen afbranden; leegbranden; platbranden; uitbranden opbranden; uitbranden

Wiktionary: afbranden


Cross Translation:
FromToVia
afbranden Verbrennung burn — act of burning something