Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. afrotten:


Neerlandés

Traducciones detalladas de afrotten de neerlandés a alemán

afrotten:

afrotten [znw.] sustantivo

  1. afrotten
    Abfaulen

afrotten verbo (rot af, rott af, rotte af, rotten af, afgerot)

  1. afrotten
    abfaulen
    • abfaulen verbo (faule ab, faulst ab, fault ab, faulte ab, faultet ab, abgefault)

Conjugaciones de afrotten:

o.t.t.
  1. rot af
  2. rott af
  3. rott af
  4. rotten af
  5. rotten af
  6. rotten af
o.v.t.
  1. rotte af
  2. rotte af
  3. rotte af
  4. rotten af
  5. rotten af
  6. rotten af
v.t.t.
  1. ben afgerot
  2. bent afgerot
  3. is afgerot
  4. zijn afgerot
  5. zijn afgerot
  6. zijn afgerot
v.v.t.
  1. was afgerot
  2. was afgerot
  3. was afgerot
  4. waren afgerot
  5. waren afgerot
  6. waren afgerot
o.t.t.t.
  1. zal afrotten
  2. zult afrotten
  3. zal afrotten
  4. zullen afrotten
  5. zullen afrotten
  6. zullen afrotten
o.v.t.t.
  1. zou afrotten
  2. zou afrotten
  3. zou afrotten
  4. zouden afrotten
  5. zouden afrotten
  6. zouden afrotten
diversen
  1. rot af!
  2. rot af!
  3. afgerot
  4. afrottende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for afrotten:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Abfaulen afrotten bederf; bederven; ontbinding; vergaan; verrotten; verwording
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
abfaulen afrotten bederven; ontbinden; rotten; vergaan; verrotten; verteren; wegrotten