Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. handicap:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de handicap de neerlandés a alemán

handicap:

handicap [de ~ (m)] sustantivo

  1. de handicap (afwijking; gebrek)
    die Abweichung; Handikap; Defekt
  2. de handicap (lichaamsgebrek; gebrek)
    Gebrechen; Handikap; körperliches Gebrechen; die Ermangelung

Translation Matrix for handicap:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Abweichung afwijking; gebrek; handicap afwijking; differentiatie; marge; onderscheid; speelruimte; speling; vereffeningsverschil; verschil; verschillendheid
Defekt afwijking; gebrek; handicap defect; euvel; feil; fout; gebrek; gemis; machinedefect; mankement
Ermangelung gebrek; handicap; lichaamsgebrek gebrek; gemis; krapte; manco; schaarsheid; schaarste; tekort; zwakheid
Gebrechen gebrek; handicap; lichaamsgebrek gebrek; gemis
Handikap afwijking; gebrek; handicap; lichaamsgebrek
körperliches Gebrechen gebrek; handicap; lichaamsgebrek

Palabras relacionadas con "handicap":


Wiktionary: handicap


Cross Translation:
FromToVia
handicap Behinderung handicap — disadvantage, in particular physical or mental disadvantages of people