Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
Abzeichen
|
etiket; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; merkteken; nummerplaat; onderscheidingsteken
|
badge; insigne; maken van onderscheid; onderscheiding
|
Auszeichnung
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
maken van onderscheid; onderscheiding
|
Brandzeichen
|
etiket; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; nummerplaat
|
brandteken
|
Dekoration
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
aankleding; decoratie
|
Ehrenzeichen
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
|
Einkleidung
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
|
Einrichtung
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
aankleding; arrangement; decoratie; dolhuis; gekkenhuis; gesticht; indeling; inrichting; instantie; instelling; krankzinnigengesticht; krankzinnigeninrichting; lichaam; opstelling; ordening; organisatie; psychiatrische inrichting; rangschikking; schikking; verpleging; versiering; verzorging; zorg
|
Erkennen
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
benul; besef; bewustzijn; brein; denkbeeld; inzicht; kijk; mening; notie; oordeel; opinie; opvatting; rede; verstand; visie; zienswijze
|
Erkennungszeichen
|
etiket; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; nummerplaat
|
herkenningsteken
|
Formgebung
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
design; vormgeving
|
Gestaltung
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
conditie; design; formatie; invullen; invulling; opbouw; ordening; organisatie; samenstelling; samenstelling taalkunde; structuur; systeem; vervulling; vorm; vormgeving
|
Kennzeichen
|
etiket; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; nummerplaat
|
eigenschap; herkenningsteken; karaktereigenschap; karaktertrek; kenmerk; kwalititeit; markering; merk; merkteken; vlag
|
Markierung
|
etiket; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; nummerplaat
|
etiketteren; herkenningsteken; label
|
Merkmal
|
etiket; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; nummerplaat
|
eigenschap; herkenningsteken; kenmerk; merk; merkteken
|
Merkzeichen
|
etiket; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; nummerplaat
|
eigenschap; herkenningsteken; kenmerk; merk; merkteken
|
Nummernschild
|
kenteken; nummerplaat
|
kentekenplaat
|
Orden
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
decoratie; ereteken; medaille; onderscheiding; onderscheidingsteken; plak; ridderorde
|
Unterscheidung
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
|
Unterscheidungsmerkmal
|
kenteken; merkteken; onderscheidingsteken
|
decoratie; ereteken; onderscheiding; onderscheidingsteken; ridderorde
|
Vermerk
|
etiket; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; nummerplaat
|
aantekening; attest; bewijs; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; noot; notitie; opschrijving; schrijfsel
|
Zeichen
|
kenteken; nummerplaat
|
gebaar; geste; logo; merk; merknaam; onderscheidingsteken; sein; signaal; teken; wenk
|
-
|
eigenschap; kenmerk
|
|