Interglot - "onvermoeibaarheid" traducido de neerlandés a alemán

Eliminar anuncios

Resumen

Neerlandés a alemán: más información...

onvermoeibaarheid:
- Emsigkeit; Unermüdlichkeit
onvermoeibaar:
- unermüdlich; rastlos; bewandert; eifrig; emsig; ständig; kontinuierlich; andauernd; konstant; anhaltend; unablässig; fortwährend; ununterbrochen; unverdrossen
Wiktionary:
- onvermoeibaar → unermüdlich

Neerlandés

Traducciones detalladas de onvermoeibaarheid de neerlandés a alemán

onvermoeibaarheid:

onvermoeibaarheid [znw.] sustantivo

onvermoeibaarheid
die Emsigkeit; die Unermüdlichkeit
- Emsigkeit [die ~] sustantivo
- Unermüdlichkeit [die ~] sustantivo

Translation Matrix for onvermoeibaarheid:

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
Emsigkeit	onvermoeibaarheid	activiteit; arbeid; bedrijvigheid; beroering; bezigheid; drukte; gehaastheid; geraas; grote menigte; haast; haastigheid; heibel; heksenketel; ijl; ijver; ijverigheid; kouwe drukte; lawaai; leven; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; opschudding; overijling; pandemonium; rumoer; spoed; toeloop; tumult; veel mensen; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid
Unermüdlichkeit	onvermoeibaarheid

Palabras relacionadas con "onvermoeibaarheid":

onvermoeibaar

onvermoeibaar:

onvermoeibaar adj.

onvermoeibaar (noest; bedreven)
unermüdlich; rastlos; bewandert; eifrig; emsig
- unermüdlich adj.
- rastlos adj.
- bewandert adj.
- eifrig adj.
- emsig adj.
onvermoeibaar
ständig; kontinuierlich; andauernd; konstant; unermüdlich; anhaltend; unablässig; fortwährend; ununterbrochen; unverdrossen
- ständig adj.
- kontinuierlich adj.
- andauernd adj.
- konstant adj.
- unermüdlich adj.
- anhaltend adj.
- unablässig adj.
- fortwährend adj.
- ununterbrochen adj.
- unverdrossen adj.

Translation Matrix for onvermoeibaar:

Modifier	Traducciones relacionadas	Other Translations
andauernd	onvermoeibaar	aaneengesloten; aanhoudend; aldoor; almaar; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorlopend; eeuwig; gedurig; hardnekkig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; telkens; voortdurend
anhaltend	onvermoeibaar	aaneengesloten; aanhoudend; aldoor; almaar; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorlopend; eeuwig; gedurig; hardnekkig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; telkens; voortdurend
bewandert	bedreven; noest; onvermoeibaar	bedreven; bekwaam; doorkneed; ervaren; geoefend
eifrig	bedreven; noest; onvermoeibaar	actief; ambitieus; bedrijvig; bezet; bezeten; bezig; daadkrachtig; druk; drukbezet; drukpratend; dynamisch; eerzuchtig; energiek; fanatiek; geanimeerd; geil; gepassioneerd; gretig; happig; hartstochtelijk; heet; heetbloedig; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden; stormachtig; streverig; temperamentvol; vurig; warmbloedig
emsig	bedreven; noest; onvermoeibaar	actief; bedrijvig; bezet; bezig; druk; drukbezet; drukpratend; geanimeerd; ijverig; naarstig; nijver; verwoed; vlijtig
fortwährend	onvermoeibaar	aaneengesloten; aanhoudend; aldoor; almaar; altijd; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorgaand; doorlopend; eeuwig; gedurig; gelijkmatig; gestaag; hardnekkig; immer; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; permanent; steeds; telkens; voortdurend
konstant	onvermoeibaar	aanhoudend; aldoor; almaar; altijddurend; constant; continue; de hele tijd; doorlopend; eeuwig; gedurig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; telkens; voortdurend
kontinuierlich	onvermoeibaar	aaneengesloten; aanhoudend; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorgaand; doorlopend; eeuwig; hardnekkig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; voortdurend
rastlos	bedreven; noest; onvermoeibaar	ongedurig; rusteloos
ständig	onvermoeibaar	aldoor; almaar; altijd; blijvend; continue; de hele tijd; doorgaand; doorlopend; gedurig; gelijkmatig; geregeld; gestaag; ononderbroken; onophoudelijk; op vaste tijden; regelmatig; regulier; steeds; steevast; telkens; voortdurend
unablässig	onvermoeibaar	aaneengesloten; aanhoudend; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; doorlopend; eeuwig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; onverdroten; onvermoeid; voortdurend
unermüdlich	bedreven; noest; onvermoeibaar	niet aflatend; onverdroten; onvermoeid
ununterbrochen	onvermoeibaar	aaneengesloten; aanhoudend; aldoor; almaar; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorlopend; eeuwig; gedurig; gelijkmatig; gestaag; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; telkens; voortdurend; zonder onderbreking
unverdrossen	onvermoeibaar	aldoor; almaar; continue; de hele tijd; gedurig; ononderbroken; onophoudelijk; onverdroten; onvermoeid; steeds; telkens; voortdurend