Neerlandés

Traducciones detalladas de opgericht de neerlandés a alemán

opgericht:

opgericht adj.

  1. opgericht (gesticht)

Translation Matrix for opgericht:

ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
errichtet gesticht; opgericht
gegründet gesticht; opgericht

Palabras relacionadas con "opgericht":

  • opgerichte

oprichten:

oprichten verbo (richt op, richtte op, richtten op, opgericht)

  1. oprichten (stichten; instellen; invoeren)
    gründen; errichten
    • gründen verbo (gründe, gründest, gründet, gründete, gründetet, gegründet)
    • errichten verbo (errichte, errichtest, errichtet, errichtete, errichtetet, errichtet)
  2. oprichten (overeindzetten; optrekken)
    aufstellen; aufsetzen; erheben; aufheben
    • aufstellen verbo (stelle auf, stellst auf, stellt auf, stellte auf, stelltet auf, aufgestellt)
    • aufsetzen verbo (setze auf, setzt auf, setzte auf, setztet auf, aufgesetzt)
    • erheben verbo (erhebe, erhebst, erhebt, erhob, erhobt, erhoben)
    • aufheben verbo (hebe auf, hiebst auf, hieb auf, hob auf, hobt auf, aufgehoben)

Conjugaciones de oprichten:

o.t.t.
  1. richt op
  2. richt op
  3. richt op
  4. richten op
  5. richten op
  6. richten op
o.v.t.
  1. richtte op
  2. richtte op
  3. richtte op
  4. richtten op
  5. richtten op
  6. richtten op
v.t.t.
  1. heb opgericht
  2. hebt opgericht
  3. heeft opgericht
  4. hebben opgericht
  5. hebben opgericht
  6. hebben opgericht
v.v.t.
  1. had opgericht
  2. had opgericht
  3. had opgericht
  4. hadden opgericht
  5. hadden opgericht
  6. hadden opgericht
o.t.t.t.
  1. zal oprichten
  2. zult oprichten
  3. zal oprichten
  4. zullen oprichten
  5. zullen oprichten
  6. zullen oprichten
o.v.t.t.
  1. zou oprichten
  2. zou oprichten
  3. zou oprichten
  4. zouden oprichten
  5. zouden oprichten
  6. zouden oprichten
en verder
  1. ben opgericht
  2. bent opgericht
  3. is opgericht
  4. zijn opgericht
  5. zijn opgericht
  6. zijn opgericht
diversen
  1. richt op!
  2. richtt op!
  3. opgericht
  4. oprichtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for oprichten:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
aufheben deining; ophef
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
aufheben oprichten; optrekken; overeindzetten afbestellen; afbetalen; afgelasten; afrekenen; afzeggen; annuleren; archiveren; behoeden; behouden; bergen; beschermen; bewaren; conserveren; deponeren; heffen; intrekken; leggen; lichten; naar boven tillen; neerleggen; nietig verklaren; nullificeren; omhoog brengen; omhoogheffen; ondervangen; ontbinden; opbergen; opdoeken; opheffen; oppakken; oppikken; oprapen; opruimen; opslaan; opsnappen; optillen; plaatsen; teniet doen; terugdraaien; tillen; uiteen doen gaan; vereffenen; verijdelen; vernietigen; verrekenen; wegleggen
aufsetzen oprichten; optrekken; overeindzetten consumeren; gebruiken; verbruiken
aufstellen oprichten; optrekken; overeindzetten arrangeren; betogen; bouwen; construeren; consumeren; demonstreren; deponeren; formeren; gebruiken; iets op touw zetten; inrichten; installeren; leggen; muziek componeren; neerleggen; neerzetten; onderuit halen; opbouwen; plaatsen; posten; posteren; regelen; stationeren; verbruiken; zetten
erheben oprichten; optrekken; overeindzetten eisen; heffen; hoger maken; in opstand komen; inmanen; invorderen; lichten; omhoog brengen; omhoog doen; omhoogheffen; omhoogkomen; opheffen; opstijgen; optillen; opvliegen; rebelleren; tillen; vereisen; vergen; verhogen; verlangen; vorderen
errichten instellen; invoeren; oprichten; stichten aanbouwen; arrangeren; bijbouwen; bouwen; construeren; funderen; gronden; grondvesten; iets op touw zetten; inrichten; installeren; omhoogkomen; opbouwen; opstijgen; opvliegen; regelen; uitbouwen
gründen instellen; invoeren; oprichten; stichten berusten; bouwen; construeren; funderen; gebaseerd zijn; gronden; grondvesten; onderbouwen; onderheien
- beginnen; stichten

Sinónimos de "oprichten":


Antónimos de "oprichten":


Definiciones relacionadas de "oprichten":

  1. het laten ontstaan1
    • hij richtte een oudercommissie op1
  2. rechtop gaan staan of zitten1
    • zij richtte zich op en keek mij aan1

Wiktionary: oprichten

oprichten
verb
  1. in verticale stand brengen
  2. een instelling in het leven roepen
oprichten
verb
  1. (transitiv) etwas dauerhaft einrichten, ins Leben rufen

Cross Translation:
FromToVia
oprichten eröffnen; gründen; niederlassen; herstellen establish — To form; to set up in business
oprichten niederlassen; gründen; eröffnen establish — To found; to institute
oprichten aufrichten rear — to lift, raise etc. physically
oprichten aufstehen; heben; aufheben; erheben; zücken lever — Faire qu’une chose être plus haut qu’elle n’était.
oprichten heben; aufheben; erheben; zücken souleverlever à une faible hauteur.