Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. revancheren:


Neerlandés

Traducciones detalladas de revancheren de neerlandés a alemán

revancheren:

revancheren verbo (revancheer, revancheert, revancheerde, revancheerden, gerevancheerd)

  1. revancheren
    sich rächen; sich revanchieren; vergelten
    • sich rächen verbo
    • sich revanchieren verbo (revanchiere mich, revanchierst dich, revanchiert sich, revanchierte sich, revanchiertet euch, sich revanchiert)
    • vergelten verbo (vergelte, vergiltst, vergilt, vergalt, vergaltet, vergolten)

Conjugaciones de revancheren:

o.t.t.
  1. revancheer
  2. revancheert
  3. revancheert
  4. revancheren
  5. revancheren
  6. revancheren
o.v.t.
  1. revancheerde
  2. revancheerde
  3. revancheerde
  4. revancheerden
  5. revancheerden
  6. revancheerden
v.t.t.
  1. heb gerevancheerd
  2. hebt gerevancheerd
  3. heeft gerevancheerd
  4. hebben gerevancheerd
  5. hebben gerevancheerd
  6. hebben gerevancheerd
v.v.t.
  1. had gerevancheerd
  2. had gerevancheerd
  3. had gerevancheerd
  4. hadden gerevancheerd
  5. hadden gerevancheerd
  6. hadden gerevancheerd
o.t.t.t.
  1. zal revancheren
  2. zult revancheren
  3. zal revancheren
  4. zullen revancheren
  5. zullen revancheren
  6. zullen revancheren
o.v.t.t.
  1. zou revancheren
  2. zou revancheren
  3. zou revancheren
  4. zouden revancheren
  5. zouden revancheren
  6. zouden revancheren
en verder
  1. ben gerevancheerd
  2. bent gerevancheerd
  3. is gerevancheerd
  4. zijn gerevancheerd
  5. zijn gerevancheerd
  6. zijn gerevancheerd
diversen
  1. revancheer!
  2. revancheert!
  3. gerevancheerd
  4. revancherend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for revancheren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
sich revanchieren revancheren
sich rächen revancheren
vergelten revancheren vergelden; wreken