Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. sniffen:


Neerlandés

Traducciones detalladas de sniffen de neerlandés a alemán

sniffen:

sniffen verbo (snif, snift, snifte, sniften, gesnift)

  1. sniffen (snotteren)
    rotzen; heulen; flennen
    • rotzen verbo (rotze, rotzst, rotzt, rotzte, rotztet, gerotzt)
    • heulen verbo (heule, heulst, heult, heulte, heultet, geheult)
    • flennen verbo (flenne, flennst, flennt, flennte, flenntet, geflennt)

Conjugaciones de sniffen:

o.t.t.
  1. snif
  2. snift
  3. snift
  4. sniffen
  5. sniffen
  6. sniffen
o.v.t.
  1. snifte
  2. snifte
  3. snifte
  4. sniften
  5. sniften
  6. sniften
v.t.t.
  1. heb gesnift
  2. hebt gesnift
  3. heeft gesnift
  4. hebben gesnift
  5. hebben gesnift
  6. hebben gesnift
v.v.t.
  1. had gesnift
  2. had gesnift
  3. had gesnift
  4. hadden gesnift
  5. hadden gesnift
  6. hadden gesnift
o.t.t.t.
  1. zal sniffen
  2. zult sniffen
  3. zal sniffen
  4. zullen sniffen
  5. zullen sniffen
  6. zullen sniffen
o.v.t.t.
  1. zou sniffen
  2. zou sniffen
  3. zou sniffen
  4. zouden sniffen
  5. zouden sniffen
  6. zouden sniffen
en verder
  1. ben gesnift
  2. bent gesnift
  3. is gesnift
  4. zijn gesnift
  5. zijn gesnift
  6. zijn gesnift
diversen
  1. snif!
  2. snift!
  3. gesnift
  4. sniffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for sniffen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
flennen sniffen; snotteren emmeren; etteren; grienen; griepen; huilen; janken; klieren; snikken; snotteren; wenen; zeiken
heulen sniffen; snotteren blèren; brullen; emmeren; gillen; het uitgillen; huilen; janken; krijsen; schreien; snikken; uitroepen; uitschreeuwen; wenen
rotzen sniffen; snotteren