Verb | Traducciones relacionadas | Other Translations |
den Standort verändern
|
overplaatsen; standplaats veranderen
|
|
umstellen
|
overplaatsen; standplaats veranderen
|
iets omdraaien; omkeren; opschuiven; plaats maken; tegengaan; tegenstreven; tegenwerken; verplaatsen; verzetten; weerstreven
|
verrücken
|
overplaatsen; standplaats veranderen
|
disloqueren; iets verplaatsen; opschuiven; plaats maken; roeren; schuivend verplaatsen; verleggen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vervoeren; verzetten; voor zich uitschuiven
|
verschieben
|
overplaatsen; standplaats veranderen
|
disloqueren; iets verplaatsen; opschorten; opschuiven; plaats maken; rekken; roeren; schuivend verplaatsen; uitstellen; verleggen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vertragen; vervoeren; verzetten; voor zich uitschuiven
|
versetzen
|
overplaatsen; standplaats veranderen
|
anders boeken; belenen; opschuiven; plaats maken; verpanden; verpatsen; verplaatsen; verpoten; verzetten
|
verstellen
|
overplaatsen; standplaats veranderen
|
barricaderen; disloqueren; iets verplaatsen; opschuiven; plaats maken; roeren; verleggen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; versperren; vervoeren; verzetten
|
überführen
|
overplaatsen; standplaats veranderen
|
doorvoeren; overzetten; transponeren
|
übertragen
|
overplaatsen; standplaats veranderen
|
delegeren; doorgeven; doorspelen; doorvertellen; omhoogbrengen; overbrengen; overdragen; overzenden; overzetten; rechtop zetten; rondbrieven; rondvertellen; transporteren; uitzenden; vervoeren
|
Adjective | Traducciones relacionadas | Other Translations |
übertragen
|
|
broadcast-; figuurlijk; oneigenlijk; overdrachtelijk; zinnebeeldig
|