Neerlandés

Traducciones detalladas de strip de neerlandés a alemán

strip:

strip [de ~ (m)] sustantivo

  1. de strip (stripverhaal)
    der Comic Strip

Translation Matrix for strip:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Comic Strip strip; stripverhaal

Palabras relacionadas con "strip":


Wiktionary: strip

strip
noun
  1. een boek met een verhaal in beeldvorm
strip
noun
  1. eine (nicht zwangsläufig komische) Bildergeschichte oder Bilderabfolge

Cross Translation:
FromToVia
strip Comic comic — cartoon story
strip Bildergeschichte; Comicstrip strip — een boek met een verhaal in beeldvorm
strip Binde; Streifen; Band; Reifen bandeaubande qui sert à ceindre le front et la tête.

strippen:

strippen verbo (strip, stript, stripte, stripten, gestript)

  1. strippen
    strippen; entledigen; auskleiden; entblößen; freimachen; enthüllen; entkleiden; entblättern; ausziehen
    • strippen verbo
    • entledigen verbo (entledige, entledigst, entledigt, entledigte, entledigtet, entledigt)
    • auskleiden verbo (kleide aus, kleidest aus, kleidet aus, kleidete aus, kleidetet aus, ausgekleidet)
    • entblößen verbo (entblöße, entblößst, entblößt, entblößte, entblößtet, entblößt)
    • freimachen verbo (mache frei, machst frei, macht frei, machte frei, machtet frei, freigemacht)
    • enthüllen verbo (enthülle, enthüllst, enthüllt, enthüllte, enthülltet, enthüllt)
    • entkleiden verbo (entkleide, entkleidest, entkleidet, entkleidete, entkleidetet, entkleidet)
    • entblättern verbo (entblättere, entblätterst, entblättert, entblätterte, entblättertet, entblättert)
    • ausziehen verbo (ziehe aus, ziehst aus, zieht aus, zog aus, zogt aus, ausgezogen)

Conjugaciones de strippen:

o.t.t.
  1. strip
  2. stript
  3. stript
  4. strippen
  5. strippen
  6. strippen
o.v.t.
  1. stripte
  2. stripte
  3. stripte
  4. stripten
  5. stripten
  6. stripten
v.t.t.
  1. heb gestript
  2. hebt gestript
  3. heeft gestript
  4. hebben gestript
  5. hebben gestript
  6. hebben gestript
v.v.t.
  1. had gestript
  2. had gestript
  3. had gestript
  4. hadden gestript
  5. hadden gestript
  6. hadden gestript
o.t.t.t.
  1. zal strippen
  2. zult strippen
  3. zal strippen
  4. zullen strippen
  5. zullen strippen
  6. zullen strippen
o.v.t.t.
  1. zou strippen
  2. zou strippen
  3. zou strippen
  4. zouden strippen
  5. zouden strippen
  6. zouden strippen
en verder
  1. ben gestript
  2. bent gestript
  3. is gestript
  4. zijn gestript
  5. zijn gestript
  6. zijn gestript
diversen
  1. strip!
  2. stript!
  3. gestript
  4. strippend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for strippen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
auskleiden strippen bloot leggen; ontbloten; ontkleden; uitdoen; uitkleden; uittrekken
ausziehen strippen ontkleden; uitdoen; uitkleden; uittrekken; van kleding ontdoen
entblättern strippen ontbladeren; ontloven
entblößen strippen bloot leggen; ontbloten; ontkleden; uitdoen; uitkleden; uittrekken
enthüllen strippen beroven; bloot leggen; ontbloten; ontdoen; ontsluieren; uitbuiten
entkleiden strippen ontkleden; uitdoen; uitkleden; uittrekken
entledigen strippen ontdoen; zich van iets ontdoen
freimachen strippen banen; beporten; bevrijden; emanciperen; frankeren; in vrijheid stellen; loskomen; loslaten; losmaken; ontkleden; ontsnappen; uitdoen; uitkleden; uittrekken; van de boeien ontdoen; van last bevrijden; verlossen; vrijkomen; vrijlaten; vrijmaken; vrijvechten; zich bevrijden
strippen strippen

Palabras relacionadas con "strippen":


Wiktionary: strippen

strippen
verb
  1. het zich ontdoen van alle kleding die het lichaam bedekt