Resumen
Neerlandés a alemán: más información...
- treffend:
- treffen:
-
Wiktionary:
- treffend → auffällig
- treffen → treffen
- treffen → Treffen
- treffen → Schlacht, Kampf, treffen, begegnen, Begegnung, Treffen, stoßen, schlagen, Sitzung, Besprechung, Versammlung, Beratung, Zusammenkunft, erlangen, erzielen, reichen, erreichen, einholen, heranreichen, sich erstrecken, erwirken, durchsetzen, Hieb, Schlag, Streich, klopfen, hauen, prügeln, ausklopfen, aufschlagen, aushämmern, schlagen gegen, prasseln gegen, peitschen gegen, gelangen, anlangen, ankommen, antreffen, finden, befinden, ermitteln
Neerlandés
Traducciones detalladas de treffend de neerlandés a alemán
treffend:
-
treffend (opvallend; opmerkelijk; saillant; opmerkenswaardig; frappant; in het oog springend; in het oog lopend)
auffallend; auffällig; ungewöhnlich; beachtenswert; hervorragend; unverkennbar; hervorspringend; prononciert-
auffallend adj.
-
auffällig adj.
-
ungewöhnlich adj.
-
beachtenswert adj.
-
hervorragend adj.
-
unverkennbar adj.
-
hervorspringend adj.
-
prononciert adj.
-
-
treffend (toepasselijk)
Translation Matrix for treffend:
Palabras relacionadas con "treffend":
treffen:
-
treffen (ontroeren; raken)
-
treffen (raken; beroeren)
-
treffen (ontmoeten; tegenkomen)
-
treffen (beïnvloeden; raken)
-
treffen (terechtkomen; raken)
-
treffen (elkaar ontmoeten; afspreken; elkaar zien; samenkomen)
sich treffen-
sich treffen verbo
-
Conjugaciones de treffen:
o.t.t.
- tref
- treft
- treft
- treffen
- treffen
- treffen
o.v.t.
- trof
- trof
- trof
- troffen
- troffen
- troffen
v.t.t.
- heb getroffen
- hebt getroffen
- heeft getroffen
- hebben getroffen
- hebben getroffen
- hebben getroffen
v.v.t.
- had getroffen
- had getroffen
- had getroffen
- hadden getroffen
- hadden getroffen
- hadden getroffen
o.t.t.t.
- zal treffen
- zult treffen
- zal treffen
- zullen treffen
- zullen treffen
- zullen treffen
o.v.t.t.
- zou treffen
- zou treffen
- zou treffen
- zouden treffen
- zouden treffen
- zouden treffen
en verder
- ben getroffen
- bent getroffen
- is getroffen
- zijn getroffen
- zijn getroffen
- zijn getroffen
diversen
- tref!
- treft!
- getroffen
- treffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het treffen (ontmoeting)
-
het treffen (raken)
Translation Matrix for treffen:
Palabras relacionadas con "treffen":
Sinónimos de "treffen":
Antónimos de "treffen":
Definiciones relacionadas de "treffen":
Wiktionary: treffen
treffen
Cross Translation:
verb
treffen
-
raak schieten
- treffen → treffen
noun
Cross Translation:
Traducciones automáticas externas: