Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. voorschieten:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de voorschieten de neerlandés a alemán

voorschieten:

voorschieten verbo (schiet voor, schoot voor, schoten voor, voorgeschoten)

  1. voorschieten
    vorstrecken; auslegen
    • vorstrecken verbo (strecke vor, streckst vor, streckt vor, streckte vor, strecktet vor, vorgestreckt)
    • auslegen verbo (lege aus, legst aus, legt aus, legte aus, legtet aus, ausgelegt)

Conjugaciones de voorschieten:

o.t.t.
  1. schiet voor
  2. schiet voor
  3. schiet voor
  4. schieten voor
  5. schieten voor
  6. schieten voor
o.v.t.
  1. schoot voor
  2. schoot voor
  3. schoot voor
  4. schoten voor
  5. schoten voor
  6. schoten voor
v.t.t.
  1. heb voorgeschoten
  2. hebt voorgeschoten
  3. heeft voorgeschoten
  4. hebben voorgeschoten
  5. hebben voorgeschoten
  6. hebben voorgeschoten
v.v.t.
  1. had voorgeschoten
  2. had voorgeschoten
  3. had voorgeschoten
  4. hadden voorgeschoten
  5. hadden voorgeschoten
  6. hadden voorgeschoten
o.t.t.t.
  1. zal voorschieten
  2. zult voorschieten
  3. zal voorschieten
  4. zullen voorschieten
  5. zullen voorschieten
  6. zullen voorschieten
o.v.t.t.
  1. zou voorschieten
  2. zou voorschieten
  3. zou voorschieten
  4. zouden voorschieten
  5. zouden voorschieten
  6. zouden voorschieten
diversen
  1. schiet voor!
  2. schiet voor!
  3. voorgeschoten
  4. voorschietend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for voorschieten:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
auslegen voorschieten accentueren; belichten; klaar leggen; ophelderen; opklaren; toelichten; uitgooien; uitspreiden; uitwerpen; van plan zijn; verduidelijken; verhelderen; verklaren
vorstrecken voorschieten

Wiktionary: voorschieten

voorschieten
verb
  1. einen Geldbetrag im Voraus geben