Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. zweer:
  2. zweren:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de zweer de neerlandés a alemán

zweer:

zweer [de ~] sustantivo

  1. de zweer (etterende wond)
    Geschwür

Translation Matrix for zweer:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Geschwür etterende wond; zweer cyste; vetgezwel

Palabras relacionadas con "zweer":

  • zweren, zweers, zweertje, zweertjes

Definiciones relacionadas de "zweer":

  1. etterende ontsteking1
    • hij heeft een zweer op zijn hand1

Wiktionary: zweer


Cross Translation:
FromToVia
zweer Geschwür; Ulcus ulcer — open sore
zweer Geschwür ulcère — médecine|fr ulcération persistante, chronique. Plaie ancienne et ne tendant pas à cicatrisation. particulier Une telle plaie à l'estomac.

zweer forma de zweren:

zweren [de ~] sustantivo, plural

  1. de zweren
    Abschwören; der Findling

zweren verbo (zweer, zweert, zwoor, zworen, gezworen)

  1. zweren (een eed doen)
    schwören; einen Eid schwören
  2. zweren (een eed afleggen)
    schwören; eitern; abschwören
    • schwören verbo (schwöre, schwörst, schwört, schwur, schwurt, geschworen)
    • eitern verbo (eitere, eiterst, eitert, eiterte, eitertet, geeitert)
    • abschwören verbo (abschwöre ab, abschwörst ab, abschwört ab, abschwörte ab, abschwörtet ab, abgeschwört)

Conjugaciones de zweren:

o.t.t.
  1. zweer
  2. zweert
  3. zweert
  4. zweren
  5. zweren
  6. zweren
o.v.t.
  1. zwoor
  2. zwoor
  3. zwoor
  4. zworen
  5. zworen
  6. zworen
v.t.t.
  1. heb gezworen
  2. hebt gezworen
  3. heeft gezworen
  4. hebben gezworen
  5. hebben gezworen
  6. hebben gezworen
v.v.t.
  1. had gezworen
  2. had gezworen
  3. had gezworen
  4. hadden gezworen
  5. hadden gezworen
  6. hadden gezworen
o.t.t.t.
  1. zal zweren
  2. zult zweren
  3. zal zweren
  4. zullen zweren
  5. zullen zweren
  6. zullen zweren
o.v.t.t.
  1. zou zweren
  2. zou zweren
  3. zou zweren
  4. zouden zweren
  5. zouden zweren
  6. zouden zweren
diversen
  1. zweer!
  2. zweert!
  3. gezworen
  4. zwerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for zweren:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Abschwören zweren verloochening
Findling zweren vondeling; zwerfblok; zwerfkei
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
abschwören een eed afleggen; zweren afzweren; verzaken; verzuimen
einen Eid schwören een eed doen; zweren
eitern een eed afleggen; zweren etteren; griepen; klieren; pus afscheiden; wegpesten; zeiken
schwören een eed afleggen; een eed doen; zweren

Palabras relacionadas con "zweren":


Wiktionary: zweren

zweren
verb
  1. een eed afleggen
  2. etteren

Cross Translation:
FromToVia
zweren schwören swear — to take an oath
zweren beeidigen; schwören; beschwören jurer — Traductions à trier suivant le sens