Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. groen:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de groen de neerlandés a inglés

groen:

groen adj.

  1. groen (groenkleurig; groengekleurd)
    green
    – of the color between blue and yellow in the color spectrum; similar to the color of fresh grass 1
    • green adj.
      • a green tree1
      • green fields1
      • green paint1

Translation Matrix for groen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
green gazon; gebladerte; grasperk; grasveld; groente; loof; lover; park; stadspark
AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
green groen; groengekleurd; groenkleurig
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
green coloured groen; groengekleurd; groenkleurig

Palabras relacionadas con "groen":

  • groenheid, groener, groenere, groenst, groenste, groene

Antónimos de "groen":


Definiciones relacionadas de "groen":

  1. jong en/of zonder ervaring2
    • hij is nog zo groen als gras2
  2. kleur van gras2
    • bij een groen licht mag je doorrijden2

Wiktionary: groen

groen
adjective
  1. dense, teeming with life
  2. environmentally friendly
  3. having green as its colour
  4. Immature, lacking in life experience
  5. green
  6. of green colour
noun
  1. colour

Cross Translation:
FromToVia
groen green grün — die Farbe Grün zeigend, die im Lichtspektrum zwischen Gelb und Blau liegt (Wellenlänge 520–565 nm).
groen green vert — De couleur verte
groen green; acidulous vert — Manquant de maturité