Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. begunstigde:
  2. begunstigen:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de begunstigde de neerlandés a inglés

begunstigde:

begunstigde [de ~] sustantivo

  1. de begunstigde
    the beneficiary

Translation Matrix for begunstigde:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
beneficiary begunstigde

Wiktionary: begunstigde

begunstigde
noun
  1. one who benefits from the distribution, especially of an estate

begunstigde forma de begunstigen:

begunstigen verbo (begunstig, begunstigt, begunstigde, begunstigden, begunstigd)

  1. begunstigen (voortrekken; bevoordelen; voorschuiven)
    to give preference; to favour; favor
    • give preference verbo (gives preference, gave preference, giving preferende)
    • favour verbo, británico (favours, favoured, favouring)
    • favor verbo, americano

Conjugaciones de begunstigen:

o.t.t.
  1. begunstig
  2. begunstigt
  3. begunstigt
  4. begunstigen
  5. begunstigen
  6. begunstigen
o.v.t.
  1. begunstigde
  2. begunstigde
  3. begunstigde
  4. begunstigden
  5. begunstigden
  6. begunstigden
v.t.t.
  1. heb begunstigd
  2. hebt begunstigd
  3. heeft begunstigd
  4. hebben begunstigd
  5. hebben begunstigd
  6. hebben begunstigd
v.v.t.
  1. had begunstigd
  2. had begunstigd
  3. had begunstigd
  4. hadden begunstigd
  5. hadden begunstigd
  6. hadden begunstigd
o.t.t.t.
  1. zal begunstigen
  2. zult begunstigen
  3. zal begunstigen
  4. zullen begunstigen
  5. zullen begunstigen
  6. zullen begunstigen
o.v.t.t.
  1. zou begunstigen
  2. zou begunstigen
  3. zou begunstigen
  4. zouden begunstigen
  5. zouden begunstigen
  6. zouden begunstigen
diversen
  1. begunstig!
  2. begunstigt!
  3. begunstigd
  4. begunstigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for begunstigen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
favor begunstiging; bevoorrechting; dienst; gunst
favour begunstiging; bevoorrechting; dienst; gunst
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
favor begunstigen; bevoordelen; voorschuiven; voortrekken bevoorrechten; iemand begunstigen; voorrechten toekennen; voorschuiven; voortrekken
favour begunstigen; bevoordelen; voorschuiven; voortrekken bevoorrechten; iemand begunstigen; voorrechten toekennen; voorschuiven; voortrekken
give preference begunstigen; bevoordelen; voorschuiven; voortrekken bevoorrechten; voorrechten toekennen

Wiktionary: begunstigen

begunstigen
verb
  1. to provide with an edge