Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. gooien:
  2. gooi:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de gooien de neerlandés a inglés

gooien:

gooien verbo (gooi, gooit, gooide, gooiden, gegooid)

  1. gooien (slingeren)
    to throw
    • throw verbo (throws, threw, throwing)

Conjugaciones de gooien:

o.t.t.
  1. gooi
  2. gooit
  3. gooit
  4. gooien
  5. gooien
  6. gooien
o.v.t.
  1. gooide
  2. gooide
  3. gooide
  4. gooiden
  5. gooiden
  6. gooiden
v.t.t.
  1. heb gegooid
  2. hebt gegooid
  3. heeft gegooid
  4. hebben gegooid
  5. hebben gegooid
  6. hebben gegooid
v.v.t.
  1. had gegooid
  2. had gegooid
  3. had gegooid
  4. hadden gegooid
  5. hadden gegooid
  6. hadden gegooid
o.t.t.t.
  1. zal gooien
  2. zult gooien
  3. zal gooien
  4. zullen gooien
  5. zullen gooien
  6. zullen gooien
o.v.t.t.
  1. zou gooien
  2. zou gooien
  3. zou gooien
  4. zouden gooien
  5. zouden gooien
  6. zouden gooien
en verder
  1. is gegooid
  2. zijn gegooid
diversen
  1. gooi!
  2. gooit!
  3. gegooid
  4. gooiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

gooien [de ~] sustantivo, plural

  1. de gooien
    the throws; the casts; the shots; the litters

Translation Matrix for gooien:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
casts gooien
litters gooien nesten; pasgeboren dieren; worpen
shots gooien
throw gooi; handeling van gooien; worp
throws gooien
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
throw gooien; slingeren naar beneden gooien; neergooien; op de grond gooien; smijten
- werpen

Palabras relacionadas con "gooien":


Sinónimos de "gooien":


Antónimos de "gooien":


Definiciones relacionadas de "gooien":

  1. met een zwaai uit je hand loslaten zodat het ergens anders terechtkomt1
    • hij gooide de bal in het net1

Wiktionary: gooien

gooien
verb
  1. het door de lucht verplaatsen van een voorwerp, al dan niet naar een doelwit
gooien
verb
  1. throw, hurl, let fly, propel with force
  2. to throw forcefully
  3. baseball: to throw the ball toward home plate
  4. to fling
  5. to cause an object to move rapidly through the air

Cross Translation:
FromToVia
gooien throw; cast; pitch; toss; spit up; spit jeterlancer avec la main ou de quelque autre manière.

gooi:

gooi [de ~ (m)] sustantivo

  1. de gooi (handeling van gooien; worp)
    the throw; the cast; the fling; the toss
    • throw [the ~] sustantivo
    • cast [the ~] sustantivo
    • fling [the ~] sustantivo
    • toss [the ~] sustantivo

Translation Matrix for gooi:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
cast gooi; handeling van gooien; worp afgieting; afgietsel; cast-conversie; gietsel; gips; gipsverband; vorm
fling gooi; handeling van gooien; worp
throw gooi; handeling van gooien; worp
toss gooi; handeling van gooien; worp
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
cast afsmijten; afwerpen; smijten
fling keilen; smijten
throw gooien; naar beneden gooien; neergooien; op de grond gooien; slingeren; smijten
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
cast betoverd

Palabras relacionadas con "gooi":


Wiktionary: gooi

gooi
noun
  1. flight of a thrown object

Traducciones relacionadas de gooien