Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. spaak:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de spaak de neerlandés a inglés

spaak:

spaak [de ~] sustantivo

  1. de spaak
    the spoke
    • spoke [the ~] sustantivo

Translation Matrix for spaak:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
spoke spaak spaak van een fietswiel; wielspaak

Palabras relacionadas con "spaak":

  • spaken

Definiciones relacionadas de "spaak":

  1. verbinding tussen as en velg van een wiel1
    • er zijn een paar spaken van de fiets stuk1

Wiktionary: spaak

spaak
noun
  1. een staaf die de naaf en de velg van een wiel verbindt
  2. staaf als hefboom
spaak
noun
  1. part of a wheel

Cross Translation:
FromToVia
spaak lever levierbarre rigide que l’on fixer à un point d’appui servir à faciliter un mouvement pour déplacer, soutenir ou soulever d’autres corps.

Traducciones relacionadas de spaak