Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. incasseren:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de incasseren de neerlandés a inglés

incasseren:

incasseren verbo (incasseer, incasseert, incasseerde, incasseerden, geïncasseerd)

  1. incasseren (iets verduren; opvangen)
    to bear
    • bear verbo (bears, bearing)
  2. incasseren (geld in ontvangst nemen; innen)
    to cash; to collect money
    • cash verbo (cashes, cashed, cashing)
    • collect money verbo (collects money, collected money, collecting money)

Conjugaciones de incasseren:

o.t.t.
  1. incasseer
  2. incasseert
  3. incasseert
  4. incasseren
  5. incasseren
  6. incasseren
o.v.t.
  1. incasseerde
  2. incasseerde
  3. incasseerde
  4. incasseerden
  5. incasseerden
  6. incasseerden
v.t.t.
  1. heb geïncasseerd
  2. hebt geïncasseerd
  3. heeft geïncasseerd
  4. hebben geïncasseerd
  5. hebben geïncasseerd
  6. hebben geïncasseerd
v.v.t.
  1. had geïncasseerd
  2. had geïncasseerd
  3. had geïncasseerd
  4. hadden geïncasseerd
  5. hadden geïncasseerd
  6. hadden geïncasseerd
o.t.t.t.
  1. zal incasseren
  2. zult incasseren
  3. zal incasseren
  4. zullen incasseren
  5. zullen incasseren
  6. zullen incasseren
o.v.t.t.
  1. zou incasseren
  2. zou incasseren
  3. zou incasseren
  4. zouden incasseren
  5. zouden incasseren
  6. zouden incasseren
diversen
  1. incasseer!
  2. incasseert!
  3. geïncasseerd
  4. incasserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for incasseren:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
bear beer
cash centen; contant geld; duit; duiten; geld; geldstukken; kasgeld; kasgelden; kasmiddelen; kasvoorraad; poen
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
bear iets verduren; incasseren; opvangen doorleven; doorstaan; dragen; dulden; gebukt gaan onder; harden; torsen; uithouden; uitzingen; velen; verdragen; verduren; verstouwen; verstuwen; verteren; volhouden
cash geld in ontvangst nemen; incasseren; innen in geld omzetten; uitbetalen; verzilveren
collect money geld in ontvangst nemen; incasseren; innen collecteren; geld inzamelen
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
cash baar; cash; contant

Wiktionary: incasseren

incasseren
verb
  1. (geld) in ontvangst nemen.
  2. te verduren krijgen.

Cross Translation:
FromToVia
incasseren recover; heal; reclaim; recoup; regain recouvrerretrouver, rentrer en possession ; acquérir de nouveau une chose qu’on perdre.