Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. aanboren:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de aanboren de neerlandés a inglés

aanboren:

aanboren verbo (boor aan, boort aan, boorde aan, boorden aan, aangeboord)

  1. aanboren (boren)
    to bore; to drill
    • bore verbo (bores, bored, boring)
    • drill verbo (drills, drilled, drilling)

Conjugaciones de aanboren:

o.t.t.
  1. boor aan
  2. boort aan
  3. boort aan
  4. boren aan
  5. boren aan
  6. boren aan
o.v.t.
  1. boorde aan
  2. boorde aan
  3. boorde aan
  4. boorden aan
  5. boorden aan
  6. boorden aan
v.t.t.
  1. heb aangeboord
  2. hebt aangeboord
  3. heeft aangeboord
  4. hebben aangeboord
  5. hebben aangeboord
  6. hebben aangeboord
v.v.t.
  1. had aangeboord
  2. had aangeboord
  3. had aangeboord
  4. hadden aangeboord
  5. hadden aangeboord
  6. hadden aangeboord
o.t.t.t.
  1. zal aanboren
  2. zult aanboren
  3. zal aanboren
  4. zullen aanboren
  5. zullen aanboren
  6. zullen aanboren
o.v.t.t.
  1. zou aanboren
  2. zou aanboren
  3. zou aanboren
  4. zouden aanboren
  5. zouden aanboren
  6. zouden aanboren
diversen
  1. boor aan!
  2. boort aan!
  3. aangeboord
  4. aanborende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

aanboren [znw.] sustantivo

  1. aanboren
    the strike

Translation Matrix for aanboren:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
bore diameter; geitenbreier; hinderlijk persoon; lastpak; lastpost; middellijn; zeikerd; zemel; zeur; zeurkous; zeurpiet
drill boor; boormachine; draaiboor; drilboor; handboor; klopboor; oefening; vaardigheidsoefening
strike aanboren gestaak; opvallen; staken; staking; werkonderbreking; werkstaking
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
bore aanboren; boren vervelen
drill aanboren; boren doorboren; exerceren; gaatjes maken in; perforeren
strike aansteken; beroeren; doen branden; een klap geven; frapperen; grijpen; het werk neerleggen als protest; in staking gaan; in staking zijn; ontroeren; ontsteken; opblinken; oppoetsen; opwrijven; poetsen; raken; slaan; staken; toeslaan; treffen; vuur maken; werkonderbreken; wrijven

Wiktionary: aanboren


Cross Translation:
FromToVia
aanboren bore; drill; pierce; broach; sink; strike; tap forer — Percer.
aanboren meet; come across; encounter; sink; strike; tap rencontrertrouver en chemin une personne ou une chose.
aanboren feel; draw; bore; tap touchermettre la main sur quelque chose.