Neerlandés

Traducciones detalladas de afstand de neerlandés a inglés

afstand:

afstand [de ~ (m)] sustantivo

  1. de afstand (distantie; eindpunt)
    the distance; the width; the space; the bit; the little way; the end
  2. de afstand (traject; route; weg; )
    the trail
    – a path or track roughly blazed through wild or hilly country 1
    • trail [the ~] sustantivo
    the track
    – any road or path affording passage especially a rough one 1
    • track [the ~] sustantivo
    the path
    – a way especially designed for a particular use 1
    • path [the ~] sustantivo
    the way
    – any artifact consisting of a road or path affording passage from one place to another 1
    • way [the ~] sustantivo
      • he said he was looking for the way out1
    the stretch
    – a straightaway section of a racetrack 1
    the journey
    – the act of traveling from one place to another 1
    the road
    – an open way (generally public) for travel or transportation 1
    • road [the ~] sustantivo
    the distance; the round; the small circle; the reach
    the avenue
    – a wide street or thoroughfare 1

Translation Matrix for afstand:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
avenue afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg allee; avenue; baan; boulevard; dreef; laan; straat; straatweg; weg
bit afstand; distantie; eindpunt bit
distance afstand; baan; baanvak; distantie; eindpunt; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg verte
end afstand; distantie; eindpunt beëindiging; einde; end; finale; slot; sluiting
journey afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg dagreis; excursie; expeditie; gang; mars; reis; rit; rondreis; rondrit; tocht; tochtje; toer; toertje; tour; tournee; trektocht; trip; uitje; uitstapje
little way afstand; distantie; eindpunt
path afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg baan; buitenweg; dreef; jaagpad; landweg; paadje; pad; straat; straatje; straatweg; trekpad; weg
reach afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg bandbreedte; bereik; draagwijdte; range; reikwijdte; verspreidingsgebied
road afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg baan; straat; straatweg; weg
round afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg beurt; manche; moot; omgang; ringetje; ronde; ronde doen; rondje; schijf; spelletje
small circle afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg kliek; onderonsje
space afstand; distantie; eindpunt Space; heelal; kloof; luchtruim; opening; periode; ruimte; spatie; spleet; termijn; tijdsbestek; tijdsduur; tussenruimte; uitsparing; universum; wereldruimte
stretch afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg spreidbeweging; wegvak
track afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg baan; buitenweg; dreef; hielspoor; landweg; nummer; paadje; pad; parcours; rails; spoor; spoorbaan; spoorweg; spoorwegwissel; trekpad; wagenspoor; wissel
trail afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg sliert; slingervormig ding
way afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; weg baan; handelwijze; manier; methode; procedure; straat; straatweg; trant; weg; wijs; wijze
width afstand; distantie; eindpunt breedheid; breedte; spanbreedte; spanwijdte; wijdte
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
end aankomen; afgrenzen; afkrijgen; aflopen; afmaken; afronden; afsluiten; afwerken; begrenzen; belanden; beslissen; besluiten; beëindigen; completeren; een einde maken aan; eindigen; finishen; geraken; gesprek beëindigen; halthouden; klaarkrijgen; klaarmaken; naar einde toewerken; ophouden; stoppen; ten einde lopen; teneindelopen; terechtkomen; van grenzen voorzien; verzeilen; volbrengen; volmaken; voltooien
reach bereiken; doordringen; graaien; grijpen; grissen; jatten; komen tot; penetreren in; pikken; reiken; snaaien; wegkapen
round omtrekken
space spatieren; spatiëren; van spaties voorzien
stretch bespannen; oprekken; opspannen; rekken; spannen; strak maken; strekken; uitrekken; uitstrekken
track achternagaan; achternalopen; bijhouden; in hetzelfde spoor lopen; nalopen; sporen; volgen
trail slepen
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
bit beetje
round afgerond; bol; bolstaand; bolvormig; circa; gecompleteerd; kogelrond; kogelvormig; om; omheen; omstreeks; omtrent; ongeveer; pakweg; plusminus; ringvormig; rond; rondom; ruwweg; sferisch

Definiciones relacionadas de "afstand":

  1. ruimte tussen twee plaatsen of dingen2
    • welke afstand hebben jullie gelopen?2

Wiktionary: afstand

afstand
noun
  1. de ruimte die zich ergens tussen bevindt
  2. opgeven van een aanspraak
afstand
noun
  1. designated distance
  2. amount of space between two points
  3. relinquishment of a right, claim or privilege
  4. distance to the object

Cross Translation:
FromToVia
afstand way; route Streckeallgemein: Stück eines Weges
afstand interval; distance Abstandräumlicher oder zeitlicher Zwischenraum, räumliche Entfernung zwischen zwei Punkten, Zeitabschnitt zwischen zwei Zeitpunkten auch im übertragenen Sinn
afstand renounce; resign; forgo verzichtenAnspruch auf etwas freiwillig aufgeben; etwas aus seiner Entscheidung heraus nicht tun
afstand abandonment; surrender abandon — à trier
afstand abdication; disownment abdicationaction de renoncer à une charge importante. — note Se dit en parlant de celui qui abdiquer et de la chose abdiquer.
afstand distance; way distance — (figuré) différence de nature, de statut, de classe sociale.
afstand resignation; abdication démission — travail|fr acte par lequel on se démettre d’une dignité, d’un emploi, etc.

Traducciones relacionadas de afstand