Neerlandés

Traducciones detalladas de bemind de neerlandés a inglés

bemind:


Translation Matrix for bemind:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
beloved beminde; duifje; geliefd persoon; geliefde; geprefereerde; hartje; liefje; liefste; lieve; oogappel; poepje; schat; schatje; schattebout; scheetje; snoes; uitverkorene; verkozene; vriendin
cherished bevoorrechte; voorgetrokkene
dear beminde; dot; duifje; engel; engeltje; geliefd persoon; lief persoon; liefje; liefste; lieve; lieveling; lieverd; oogappel; poepje; schat; schatje; schattebout; schattig kind; scheetje; snoepje; snoes
loved bevoorrechte; voorgetrokkene
sweet beminde; dot; duifje; lekkers; liefje; liefste; lieve; poepje; schat; schatje; schattebout; schattig kind; scheetje; snoepgoed; snoepjes; snoes; zoetigheid
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
devote bevelen; commanderen; decreteren; gebieden; gelasten; opdragen; toewijden; verordenen; verordonneren
AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
affectionate bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen aanhankelijk; dierbaar; favoriete; gehecht; geselecteerd; hartelijk; liefderijk; liefdevol; liefhebbend; lievelings; minnelijk; toegenegen; verknocht; verkoren; vriendelijk
beloved bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen bevallig; dierbare; geliefde; lief
cherished bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen dierbaar; dierbare; favoriete; geliefd; geliefde; geselecteerd; lieftallig; lievelings; toegenegen; verkoren
loved bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen geliefd
popular bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen begeerd; getapt; gevierd; gewild; geziene; gezocht; in de mode; populair; veelgevraagd; welkome
precious dierbaar; kostbaar; schattig; waardevol
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
dear bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen allerliefst; beste; bevallig; dierbaar; dierbare; dottig; enig; favoriete; geliefde; geselecteerd; lief; lieve; lievelings; schattig; snoezig; toegenegen; verkoren; vertederend
devote bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen
precious bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen
sweet bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen aanbiddelijk; aantrekkelijk; aanvallig; aardig; aimabel; allerliefst; begeerenswaardig; bekoorlijk; bevallig; charmant; dierbare; dottig; enig; geliefde; lief; liefelijk; lieflijk; lieftallig; prettig; schattig; snoeperig; snoezig; verrukkelijk; vertederend; zoet; zoetsmakend

Wiktionary: bemind

bemind
adjective
  1. loved; lovable
  2. loved

bemind forma de beminnen:

beminnen verbo (bemin, bemint, beminde, beminden, bemind)

  1. beminnen (minnen)
    to love
    • love verbo (loves, loved, loving)
  2. beminnen (liefhebben; houden van)
    to love; to be fond of; to adore
    • love verbo (loves, loved, loving)
    • be fond of verbo (is fond of, being fond of)
    • adore verbo (adores, adored, adoring)
  3. beminnen (vrijen; de liefde bedrijven; minnen; liefkozen; minnekozen)
    to make love; to love
    – have sexual intercourse with 1
    • make love verbo (makes love, made love, making love)
    • love verbo (loves, loved, loving)
    to cuddle
    – hold (a person or thing) close, as for affection, comfort, or warmth 1
    • cuddle verbo (cuddles, cuddled, cuddling)
      • I cuddled the baby1
    to neck
    – kiss, embrace, or fondle with sexual passion 1
    • neck verbo (necks, necked, necking)
      • The couple were necking in the back seat of the car1
    to caress
    – touch or stroke lightly in a loving or endearing manner 1
    • caress verbo (caresss, caressed, caressing)
      • He caressed her face1

Conjugaciones de beminnen:

o.t.t.
  1. bemin
  2. bemint
  3. bemint
  4. beminnen
  5. beminnen
  6. beminnen
o.v.t.
  1. beminde
  2. beminde
  3. beminde
  4. beminden
  5. beminden
  6. beminden
v.t.t.
  1. heb bemind
  2. hebt bemind
  3. heeft bemind
  4. hebben bemind
  5. hebben bemind
  6. hebben bemind
v.v.t.
  1. had bemind
  2. had bemind
  3. had bemind
  4. hadden bemind
  5. hadden bemind
  6. hadden bemind
o.t.t.t.
  1. zal beminnen
  2. zult beminnen
  3. zal beminnen
  4. zullen beminnen
  5. zullen beminnen
  6. zullen beminnen
o.v.t.t.
  1. zou beminnen
  2. zou beminnen
  3. zou beminnen
  4. zouden beminnen
  5. zouden beminnen
  6. zouden beminnen
diversen
  1. bemin!
  2. bemint!
  3. bemind
  4. beminnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for beminnen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
caress aai; aaiing; aanhalen; aanhaling; gestreel; knuffel; liefkozing; streling; vleien
cuddle aanhalen; aanhaling; liefkozing; streling
love beminde; duifje; geliefde; genegenheid; innigheid; kindlief; liefde; liefje; liefste; lieve; lieveling; lieverd; poepje; schat; schatje; schattebout; scheetje; snoepje; snoes; vriendin
neck hals; nek
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
adore beminnen; houden van; liefhebben aanbidden; adoreren; bidden tot; verafgoden
be fond of beminnen; houden van; liefhebben houden van; lekker vinden; lusten
caress beminnen; de liefde bedrijven; liefkozen; minnekozen; minnen; vrijen aaien; knuffelen; knuffen; kozen; liefkozen; strelen
caress each other beminnen; de liefde bedrijven; liefkozen; minnekozen; minnen; vrijen
cuddle beminnen; de liefde bedrijven; liefkozen; minnekozen; minnen; vrijen afpakken; aftroggelen; bietsen; gappen; grissen; inpikken; knuffelen; kozen; liefkozen; omarmen; omhelzen; omstrengelen; ontfutselen; pikken
love beminnen; de liefde bedrijven; houden van; liefhebben; liefkozen; minnekozen; minnen; vrijen aanstaan; behagen; bevallen; gelieven; plezieren
make love beminnen; de liefde bedrijven; liefkozen; minnekozen; minnen; vrijen de liefde bedrijven; neuken; paren; sexuele gemeenschap hebben; vrijen
neck beminnen; de liefde bedrijven; liefkozen; minnekozen; minnen; vrijen

Wiktionary: beminnen

beminnen
verb
  1. amoureuze gevoelens voor iemand koesteren
beminnen
verb
  1. have a strong affection for

Cross Translation:
FromToVia
beminnen appreciate; enjoy; fancy; think highly of; prize; think well of; have a high regard for; cherish aimerressentir un fort sentiment d’attirance pour quelqu’un ou quelque chose.