Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
review
|
|
beoordeling; bespreking; boekbespreking; herstelling van materiaal; kritiek; recensie; revisie; revue
|
Verb | Traducciones relacionadas | Other Translations |
close
|
|
afsluiten; dichtdoen; dichten; dichtgaan; dichtmaken; dichtstoppen; dichtvallen; sluiten; stoppen; toedoen; toedraaien; toemaken; toetrekken; toevallen; zich sluiten
|
review
|
|
bediscussiëren; bepraten; bespreken; controleren; doorpraten; doorspreken; hervormen; herzien; onderwerp behandelen; praten over; recenseren; reformeren; spreken over; terugblikken
|
Adjective | Traducciones relacionadas | Other Translations |
awkward
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
bokkig; gebrekkig; gênant; hinderlijk; knullig; koppig; lastig; lastige; moeilijk; naar; niet makkelijk; onaangenaam; onbeholpen; ongelegen; ongemakkelijk; onhandig; onplezierig; onprettig; onverkwikkelijk; opgelaten; pijnlijk; schutterig; slungelig; storend; stumperig; stuntelig; zeer doend; zwaar
|
critical
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
beslissend; delicaat; doorslaggevend; erg; ernstig; hachelijk; kritiek; kritisch; kwalijk; lastig; moeilijk; netelig; penibel; precair; problematisch; van bedenkelijke aard
|
muggy
|
bedompt; benauwd; broeierig; drukkend; muf; zwoel
|
|
musty
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf
|
muf; stoffig
|
painful
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
genant; pijnlijk; smartelijk; verdrietig makend; zeer doend
|
perilous
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
angstaanjagend; delicaat; gevaarlijk; hachelijk; halsbrekend; kritiek; lastig; levensgevaarlijk; netelig; penibel; precair; risicovol; riskant
|
precarious
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
delicaat; fijn van smaak; hachelijk; kritiek; lastig; netelig; penibel; precair
|
stale
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf
|
belegen; muf; onfris; oubakken; oud; oudbakken; plat; stoffig; verschaald
|
stifling
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf
|
adembenemend; verstikkend
|
stuffy
|
bedompt; benauwd; broeierig; drukkend; muf; zwoel
|
muf; stoffig
|
sultry
|
bedompt; benauwd; broeierig; drukkend; muf; zwoel
|
|
sweltering
|
bedompt; benauwd; broeierig; drukkend; muf; zwoel
|
broeiend
|
worrisome
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
onrustbarend; piekerig; tobberig; verontrustend; zorgelijk; zorgwekkend; zwaartillend
|
-
|
angstig; bang; muf
|
|
Adverb | Traducciones relacionadas | Other Translations |
close
|
|
dichtbij; in de buurt; nabij; nabijgelegen; vlakbij
|
Modifier | Traducciones relacionadas | Other Translations |
close
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf
|
effen; egaal; eindig; gehecht; gelijk; geslepen; glad; plat; rakelings; strak; ternauwernood; vergankelijk; verknocht; vlak; vlakuit; voorbijgaand
|
hard
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
bikkelhard; hard; hardhandig; hardvochtig; ijzerhard; kalkachtig; kalkhoudend; keihard; kritisch; lastig; moeilijk; niet makkelijk; onbarmhartig; ongemakkelijk; ongenadig; onzacht; problematisch; ruw; staalhard; steenhard; zwaar
|
review
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
|