Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. buigbaarheid:
  2. buigbaar:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de buigbaarheid de neerlandés a inglés

buigbaarheid:

buigbaarheid [znw.] sustantivo

  1. buigbaarheid
    the flexibility; the pliancy

Translation Matrix for buigbaarheid:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
flexibility buigbaarheid buigzaamheid; flexibiliteit; soepelheid
pliancy buigbaarheid buigzaamheid; flexibiliteit; soepelheid

Palabras relacionadas con "buigbaarheid":


Wiktionary: buigbaarheid

buigbaarheid
noun
  1. flexibility

buigbaarheid forma de buigbaar: