Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. fijnhakken:


Neerlandés

Traducciones detalladas de fijnhakken de neerlandés a inglés

fijnhakken:

fijnhakken verbo

  1. fijnhakken (hakken; kleinhakken)
    to mince; to chop; to chip; to cut fine
    • mince verbo (minces, minced, mincing)
    • chop verbo (chops, chopped, chopping)
    • chip verbo (chips, chiped, chiping)
    • cut fine verbo (cuts fine, cut fine, cutting fine)

Translation Matrix for fijnhakken:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
chip chip; fiche; houtkrul; houtspaander; spaan; spaander
chop karbonade; kotelet
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
chip fijnhakken; hakken; kleinhakken
chop fijnhakken; hakken; kleinhakken klieven; kloven; splijten; splitsen; uiteensplijten
cut fine fijnhakken; hakken; kleinhakken
mince fijnhakken; hakken; kleinhakken