Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. gloeiend:
  2. gloeien:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de gloeiend de neerlandés a inglés

gloeiend:

gloeiend adj.

  1. gloeiend (brandend; vurig; warm; )
  2. gloeiend (roodgloeiend)

Translation Matrix for gloeiend:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
burning branden; brandplek; brandwond; verbrandheid; verbranding
scalding brandplek; brandwond; verbrandheid; verbranding; verschroeiing; verzenging
AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
burning brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm brandend; vlammend
red-hot gloeiend; roodgloeiend kakelvers; kersvers
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
broiling brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm bloedheet; smoorheet
scalding brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm

Wiktionary: gloeiend

gloeiend
adjective
  1. that which glows

gloeien:

gloeien verbo (gloei, gloeit, gloeide, gloeiden, gegloeid)

  1. gloeien (nasmeulen; smeulen)
    to smoulder; to simmer
    • smoulder verbo (smoulders, smouldered, smouldering)
    • simmer verbo (simmers, simmered, simmering)
  2. gloeien (blozen; rood worden; kleuren)
    to blush; to flush; to glow; to turn red
    • blush verbo (blushs, blushed, blushing)
    • flush verbo (flushes, flushed, flushing)
    • glow verbo (glows, glowed, glowing)
    • turn red verbo (turns red, turned red, turning red)

Conjugaciones de gloeien:

o.t.t.
  1. gloei
  2. gloeit
  3. gloeit
  4. gloeien
  5. gloeien
  6. gloeien
o.v.t.
  1. gloeide
  2. gloeide
  3. gloeide
  4. gloeiden
  5. gloeiden
  6. gloeiden
v.t.t.
  1. heb gegloeid
  2. hebt gegloeid
  3. heeft gegloeid
  4. hebben gegloeid
  5. hebben gegloeid
  6. hebben gegloeid
v.v.t.
  1. had gegloeid
  2. had gegloeid
  3. had gegloeid
  4. hadden gegloeid
  5. hadden gegloeid
  6. hadden gegloeid
o.t.t.t.
  1. zal gloeien
  2. zult gloeien
  3. zal gloeien
  4. zullen gloeien
  5. zullen gloeien
  6. zullen gloeien
o.v.t.t.
  1. zou gloeien
  2. zou gloeien
  3. zou gloeien
  4. zouden gloeien
  5. zouden gloeien
  6. zouden gloeien
diversen
  1. gloei!
  2. gloeit!
  3. gegloeid
  4. gloeiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for gloeien:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
blush blos; blozen; roodheid
flush blos; blozen; opvlieging; roodheid; spoeling; vapeur
glow glans; glanzen; glimmen; gloed; gloeiing; schijn; schijnsel; straling
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
blush blozen; gloeien; kleuren; rood worden
flush blozen; gloeien; kleuren; rood worden bakstenen voegen; doorspoelen; doortrekken; spoelen; voegen; wegspoelen
glow blozen; gloeien; kleuren; rood worden
simmer gloeien; nasmeulen; smeulen
smoulder gloeien; nasmeulen; smeulen
turn red blozen; gloeien; kleuren; rood worden
AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
flush goed bij kas

Wiktionary: gloeien

gloeien
verb
  1. metallurgie|nld het verhitten en langzame afkoelen van metaal
gloeien
noun
  1. -
  2. act of heating solid metal or glass
verb
  1. -
  2. feel hot

Cross Translation:
FromToVia
gloeien tempering Anlassen — Das Anlassen ist das Erwärmen des Stahls nach dem Härten oder Schweißen zur Reduzierung von Materialspannungen.

Traducciones relacionadas de gloeiend