Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. ingewijd:
  2. inwijden:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de ingewijd de neerlandés a inglés

ingewijd:

ingewijd adj.

  1. ingewijd (adept)

Translation Matrix for ingewijd:

AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
adept adept; ingewijd grif; grifweg; met gemak; vlot
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
initiated adept; ingewijd

inwijden:

inwijden verbo (wijd in, wijdt in, wijdde in, wijdden in, ingewijd)

  1. inwijden (plechtig bevestigen; inaugureren; inhuldigen)
    to inaugurate; to initiate; to install; to instal
    • inaugurate verbo (inaugurates, inaugurated, inaugurating)
    • initiate verbo (initiates, initiated, initiating)
    • install verbo, americano (installs, installed, installing)
    • instal verbo, británico
  2. inwijden (inzegenen; wijden; zegenen; heiligen)
    to consecrate; sanctify; to bless

Conjugaciones de inwijden:

o.t.t.
  1. wijd in
  2. wijdt in
  3. wijdt in
  4. wijden in
  5. wijden in
o.v.t.
  1. wijdde in
  2. wijdde in
  3. wijdde in
  4. wijdden in
  5. wijdden in
  6. wijdden in
v.t.t.
  1. heb ingewijd
  2. hebt ingewijd
  3. heeft ingewijd
  4. hebben ingewijd
  5. hebben ingewijd
  6. hebben ingewijd
v.v.t.
  1. had ingewijd
  2. had ingewijd
  3. had ingewijd
  4. hadden ingewijd
  5. hadden ingewijd
  6. hadden ingewijd
o.t.t.t.
  1. zal inwijden
  2. zult inwijden
  3. zal inwijden
  4. zullen inwijden
  5. zullen inwijden
  6. zullen inwijden
o.v.t.t.
  1. zou inwijden
  2. zou inwijden
  3. zou inwijden
  4. zouden inwijden
  5. zouden inwijden
  6. zouden inwijden
en verder
  1. ben ingewijd
  2. bent ingewijd
  3. is ingewijd
  4. zijn ingewijd
  5. zijn ingewijd
  6. zijn ingewijd
diversen
  1. wijd in!
  2. wijdt in!
  3. ingewijd
  4. inwijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for inwijden:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
initiate adept; ingewijde; insider
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
bless heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen
consecrate heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen
inaugurate inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen
initiate inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen aankaarten; aansnijden; aanvoeren; engageren; entameren; erbij betrekken; initiëren; inviteren; naar voren brengen; ontgroenen; op gang brengen; op tafel leggen; opperen; opwerpen; poneren; suggereren; te berde brengen; ter sprake brengen; uitnodigen
instal inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen aanbrengen; aanleggen; aanstellen; benoemen; inrichten; installeren; monteren en aansluiten; plaatsen
install inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen aanbrengen; aanleggen; aanstellen; benoemen; inrichten; installeren; monteren en aansluiten; plaatsen
sanctify heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen

Wiktionary: inwijden

inwijden
verb
  1. to open (a building, for example) to public use
  2. to set apart for a deity or for religious purposes; consecrate
  3. to make holy

Cross Translation:
FromToVia
inwijden bless; consecrate; ordain bénir — (religion) consacrer au culte, au service divin avec certaines cérémonies.
inwijden initiate initierrecevoir au nombre de ceux qui font profession de quelque culte particulier, admettre à la connaissance et à la participation de certaines cérémonies secrètes qui regarder le culte particulier de quelque divinité.

Traducciones automáticas externas: