Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. keurmerken:
  2. keurmerk:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de keurmerken de neerlandés a inglés

keurmerken:

keurmerken [de ~] sustantivo, plural

  1. de keurmerken (ijkmerken; waarmerken)
    the trading stamps; the hall-mark; the stamps

keurmerken verbo (keurmerk, keurmerkt, keurmerkte, keurmerkten, gekeurmerkt)

  1. keurmerken
    to mark
    • mark verbo (marks, marked, marking)

Conjugaciones de keurmerken:

o.t.t.
  1. keurmerk
  2. keurmerkt
  3. keurmerkt
  4. keurmerken
  5. keurmerken
  6. keurmerken
o.v.t.
  1. keurmerkte
  2. keurmerkte
  3. keurmerkte
  4. keurmerkten
  5. keurmerkten
  6. keurmerkten
v.t.t.
  1. heb gekeurmerkt
  2. hebt gekeurmerkt
  3. heeft gekeurmerkt
  4. hebben gekeurmerkt
  5. hebben gekeurmerkt
  6. hebben gekeurmerkt
v.v.t.
  1. had gekeurmerkt
  2. had gekeurmerkt
  3. had gekeurmerkt
  4. hadden gekeurmerkt
  5. hadden gekeurmerkt
  6. hadden gekeurmerkt
o.t.t.t.
  1. zal keurmerken
  2. zult keurmerken
  3. zal keurmerken
  4. zullen keurmerken
  5. zullen keurmerken
  6. zullen keurmerken
o.v.t.t.
  1. zou keurmerken
  2. zou keurmerken
  3. zou keurmerken
  4. zouden keurmerken
  5. zouden keurmerken
  6. zouden keurmerken
en verder
  1. is gekeurmerkt
diversen
  1. keurmerk!
  2. keurmerkt!
  3. gekeurmerkt
  4. keurmerkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for keurmerken:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
hall-mark ijkmerken; keurmerken; waarmerken
mark beoordelingscijfer; cijfer; doelschijf; eigenschap; etiket; herkenningsteken; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; litteken; merk; merkteken; onderscheidingsteken; punt; rapportcijfer; schietschijf; schoolcijfer
stamps ijkmerken; keurmerken; waarmerken briefport; frankeerkosten; porto; zegels
trading stamps ijkmerken; keurmerken; waarmerken
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
mark keurmerken aankruisen; aanstrepen; afvinken; branden; brandmerken; inbranden; karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; markeren; merken; tekenen; typeren; van stigma's voorzien; vinken

Palabras relacionadas con "keurmerken":


keurmerken forma de keurmerk:

keurmerk [het ~] sustantivo

  1. het keurmerk (keurstempel)
    the quality mark; the hallmark; the control stamp

Translation Matrix for keurmerk:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
control stamp keurmerk; keurstempel controlestempel
hallmark keurmerk; keurstempel eigenschap; inktstempel; karakteristiek; kenmerk; kwaliteitsmerk; stempel; waarmerk; zegel
quality mark keurmerk; keurstempel
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
hallmark als gangbaar erkennen; waarmerken

Palabras relacionadas con "keurmerk":


Wiktionary: keurmerk

keurmerk
noun
  1. merkteken als bewijs van keuring