Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. leefbaar:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de leefbaar de neerlandés a inglés

leefbaar:

leefbaar adj.

  1. leefbaar

Translation Matrix for leefbaar:

AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
bearable leefbaar draaglijk; duldbaar; gedoogbaar; te verdragen; toelaatbaar; tolereerbaar; verdraaglijk
endurable leefbaar draaglijk; duldbaar; gedoogbaar; te verdragen; toelaatbaar; tolereerbaar; uithoudbaar; verdraaglijk
livable leefbaar bewoonbaar

Palabras relacionadas con "leefbaar":


Wiktionary: leefbaar

leefbaar
adjective
  1. suitable for living in