Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. nemen uit:
  2. uitnemen:


Neerlandés

Traducciones detalladas de nemen uit de neerlandés a inglés

nemen uit:

nemen uit verbo

  1. nemen uit (uitlichten)
    to extricate; to lift out; to take out
    • extricate verbo (extricates, extricated, extricating)
    • lift out verbo (lifts out, lifted out, lifting out)
    • take out verbo (takes out, took out, taking out)

Translation Matrix for nemen uit:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
extricate nemen uit; uitlichten
lift out nemen uit; uitlichten uitnemen
take out nemen uit; uitlichten eruit nemen; laten zien; ledigen; leeghalen; leegmaken; loshalen; meenemen; naar buiten halen; tevoorschijnhalen; tevoorschijntoveren; uithalen; uitnemen; voordedaghalen

nemen uit forma de uitnemen:

uitnemen [znw.] sustantivo

  1. uitnemen
    the removing

uitnemen verbo (neem uit, neemt uit, nam uit, namen uit, uitgenomen)

  1. uitnemen
    to take out; to clear out; to pull out; to empty; to lift out
    • take out verbo (takes out, took out, taking out)
    • clear out verbo (clears out, cleared out, clearing out)
    • pull out verbo (pulls out, pulled out, pulling out)
    • empty verbo (empties, emptied, emptying)
    • lift out verbo (lifts out, lifted out, lifting out)

Conjugaciones de uitnemen:

o.t.t.
  1. neem uit
  2. neemt uit
  3. neemt uit
  4. nemen uit
  5. nemen uit
  6. nemen uit
o.v.t.
  1. nam uit
  2. nam uit
  3. nam uit
  4. namen uit
  5. namen uit
  6. namen uit
v.t.t.
  1. heb uitgenomen
  2. hebt uitgenomen
  3. heeft uitgenomen
  4. hebben uitgenomen
  5. hebben uitgenomen
  6. hebben uitgenomen
v.v.t.
  1. had uitgenomen
  2. had uitgenomen
  3. had uitgenomen
  4. hadden uitgenomen
  5. hadden uitgenomen
  6. hadden uitgenomen
o.t.t.t.
  1. zal uitnemen
  2. zult uitnemen
  3. zal uitnemen
  4. zullen uitnemen
  5. zullen uitnemen
  6. zullen uitnemen
o.v.t.t.
  1. zou uitnemen
  2. zou uitnemen
  3. zou uitnemen
  4. zouden uitnemen
  5. zouden uitnemen
  6. zouden uitnemen
en verder
  1. ben uitgenomen
  2. bent uitgenomen
  3. is uitgenomen
  4. zijn uitgenomen
  5. zijn uitgenomen
  6. zijn uitgenomen
diversen
  1. neem uit!
  2. neemt uit!
  3. uitgenomen
  4. uitnemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for uitnemen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
removing uitnemen afzetten; amputatie; amputeren; elimineren; verwijderen; wegnemen; wegwerken
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
clear out uitnemen inrukken; ledigen; leeghalen; leegmaken; opdonderen; ophoepelen; opkrassen; oplazeren; opruimen; reinigen; schoonmaken; uithalen; uitmesten; uitruimen
empty uitnemen afscheiden; afvoeren; ledigen; leegdrinken; leeggieten; leeghalen; leegmaken; legen; lozen; opdrinken; opruimen; plunderen; reinigen; ruimen; schoonmaken; spuien; uitdrinken; uitgieten; uithalen; uitknijpen; uitmesten; uitpersen; uitruimen; uitscheiden; uitstoten; uitwateren; uitwerpen; uitzuigen; water afvoeren; water lozen
lift out uitnemen nemen uit; uitlichten
pull out uitnemen afhaken; afvallen; afzeggen; afzien van; eruitstappen; loshalen; loskrijgen; losmaken; lostornen; opgeven; ophouden; stoppen; tevoorschijn trekken; tornen; uithalen; uitrukken; uitscheuren; uittrekken
take out uitnemen eruit nemen; laten zien; ledigen; leeghalen; leegmaken; loshalen; meenemen; naar buiten halen; nemen uit; tevoorschijnhalen; tevoorschijntoveren; uithalen; uitlichten; voordedaghalen
AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
empty eindig; hol; ijdel; inhoudsloos; ledig; leeg; loos; nietszeggend; onbezet; ongevuld; vergankelijk; voorbijgaand; zonder inhoud

Traducciones relacionadas de nemen uit