Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. opstokerij:


Neerlandés

Traducciones detalladas de opstokerij de neerlandés a inglés

opstokerij:

opstokerij [znw.] sustantivo

  1. opstokerij (ophitsen; opstoken; aanstoken)
    the stirring up; the instigation; the incitement

Translation Matrix for opstokerij:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
incitement aanstoken; ophitsen; opstoken; opstokerij aanmoediging; aansporing; aanzet; animering; opwekking; prikkel; stimulans; stimulering
instigation aanstoken; ophitsen; opstoken; opstokerij aandrang; aandrift; drang; drift; impuls; instigatie; instigeren; neiging; opwekken
stirring up aanstoken; ophitsen; opstoken; opstokerij