Neerlandés

Traducciones detalladas de rek de neerlandés a inglés

rek:

rek [de ~ (m)] sustantivo

  1. de rek (rekbaarheid; veerkracht)
    the elasticity; the matrix; the grid
  2. de rek (stelling; stellage; latwerk)
    the rack; the shelves
  3. de rek (droogrek)
    the drying frame
  4. de rek (veerkracht; spankracht)
    the elasticity

rek

  1. rek
    the rack
    – A storage system with multiple tiers that can accommodate pallets or other standardized containers. Typically, a rack holds pallets in vertical sections, but some can also be more than one pallet deep. 1
    • rack [the ~] sustantivo

Translation Matrix for rek:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
drying frame droogrek; rek
elasticity rek; rekbaarheid; spankracht; veerkracht elasticiteit
grid rek; rekbaarheid; veerkracht koppelnet; raster
matrix rek; rekbaarheid; veerkracht drukvorm; gietvorm; mal; matrijs; matrix; modelvorm; moedervorm; vorm
rack latwerk; rek; stellage; stelling heugelstang; pijnbank
shelves latwerk; rek; stellage; stelling legborden; planken; schappen
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
rack aframmelen; afranselen; afrossen; aftuigen; in elkaar timmeren; overhevelen; overtappen; toetakelen

Palabras relacionadas con "rek":

  • rekken, reken, rekje, rekjes

Wiktionary: rek

rek
noun
  1. uitrekking
  2. raamwerk
rek
noun
  1. series of shelves
  2. structure
  3. capacity
  4. ability to lengthen when pulled

Cross Translation:
FromToVia
rek hayrack râtelier — Sorte de balustrade qui ressembler à une échelle posée horizontalement et qu’on attacher au-dessus de la mangeoire, dans les écuries, dans les étables, dans les champs pour contenir le foin ou la paille que manger les chevaux, le
rek workbench; bench établi — Table destinée au travail de certains métiers manuels

rek forma de rekken:

rekken verbo (rek, rekt, rekte, rekten, gerekt)

  1. rekken (oprekken)
    to stretch
    • stretch verbo (stretchs, stretched, stretching)
  2. rekken (voor zich uitschuiven; uitstellen; verschuiven; )
    to postpone; to put off
    • postpone verbo (postpones, postponed, postponing)
    • put off verbo (puts off, put off, putting off)
  3. rekken (uitstrekken)
    to stretch out; to stretch
    • stretch out verbo (stretchs out, stretched out, stretching out)
    • stretch verbo (stretchs, stretched, stretching)
  4. rekken (vertragen; temporiseren)
    to slow down; to retard; to temporize; to slacken; drag out; to temporise
    • slow down verbo (slows down, slowed down, slowing down)
    • retard verbo (retards, retarded, retarding)
    • temporize verbo, americano (temporizes, temporized, temporizing)
    • slacken verbo (slackens, slackened, slackening)
    • drag out verbo
    • temporise verbo, británico

Conjugaciones de rekken:

o.t.t.
  1. rek
  2. rekt
  3. rekt
  4. rekken
  5. rekken
  6. rekken
o.v.t.
  1. rekte
  2. rekte
  3. rekte
  4. rekten
  5. rekten
  6. rekten
v.t.t.
  1. heb gerekt
  2. hebt gerekt
  3. heeft gerekt
  4. hebben gerekt
  5. hebben gerekt
  6. hebben gerekt
v.v.t.
  1. had gerekt
  2. had gerekt
  3. had gerekt
  4. hadden gerekt
  5. hadden gerekt
  6. hadden gerekt
o.t.t.t.
  1. zal rekken
  2. zult rekken
  3. zal rekken
  4. zullen rekken
  5. zullen rekken
  6. zullen rekken
o.v.t.t.
  1. zou rekken
  2. zou rekken
  3. zou rekken
  4. zouden rekken
  5. zouden rekken
  6. zouden rekken
diversen
  1. rek!
  2. rekt!
  3. gerekt
  4. rekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for rekken:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
stretch afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; spreidbeweging; tournee; traject; weg; wegvak
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
drag out rekken; temporiseren; vertragen
postpone opschorten; opschuiven; rekken; uitstellen; verschuiven; vertragen; voor zich uitschuiven afblazen; afgelasten; afzeggen; onderuitgaan; slippen; uitglibberen; uitglijden; uitschieten; uitschuiven; wegschieten
put off opschorten; opschuiven; rekken; uitstellen; verschuiven; vertragen; voor zich uitschuiven aarzelen; dralen; drentelen; druilen; hannesen; talmen; teuten; treuzelen; twijfelen; weifelen; zaniken; zeiken; zeuren
retard rekken; temporiseren; vertragen aarzelen; dralen; drentelen; druilen; hannesen; ophouden; talmen; temporiseren; teuten; treuzelen; vertragen; zaniken; zeiken; zeuren
slacken rekken; temporiseren; vertragen terugdraaien; terugschroeven; verflauwen; verslappen
slow down rekken; temporiseren; vertragen afremmen; ontslag nemen; remmen; snelheid matigen; stoppen; uittreden; zich terugtrekken
stretch oprekken; rekken; uitstrekken bespannen; opspannen; spannen; strak maken; strekken; uitrekken
stretch out rekken; uitstrekken uitrekken; verlengen
temporise rekken; temporiseren; vertragen
temporize rekken; temporiseren; vertragen

Palabras relacionadas con "rekken":


Wiktionary: rekken

rekken
verb
  1. To draw out; to extend, especially in duration.
  2. lengthen when pulled
  3. get more than expected from a limited resource
  4. be inaccurate by exaggeration
  5. extend one’s limbs or body in order to stretch the muscles

Cross Translation:
FromToVia
rekken stretch out; lengthen allonger — Traductions à trier suivant le sens
rekken prolong; lengthen prolongerfaire durer plus longtemps.
rekken anoint; smear; spread; grease; apply; lay out; spread out; extend; spread-eagle; augment; enlarge; increase; aggrandize; magnify; step up; unroll; unfold; unfurl; expand; reach; stretch; stretch out; adulterate; dilute étendre — Traductions à trier suivant le sens

Traducciones relacionadas de rek