Interglot - "rij" traducido de neerlandés a inglés

Eliminar anuncios

Resumen

Neerlandés a inglés: más información...

rij:
- queue; row; file; line; rank; series; sequence; concatenation; chain; string; succession
Wiktionary:
- rij → row, sequence, line, file, queue, train
- rij → queue, line, row, file, run, sequence

Neerlandés

Traducciones detalladas de rij de neerlandés a inglés

rij:

rij [de ~] sustantivo

de rij (colonne; file)
the queue; the row; the file; the line
- queue [the ~] sustantivo
- row [the ~] sustantivo
- file [the ~] sustantivo
- line [the ~] sustantivo
de rij (gelid)
the row; the line; the rank; the file
- row [the ~] sustantivo
- line [the ~] sustantivo
- rank [the ~] sustantivo
- file [the ~] sustantivo
de rij (aaneenschakeling; keten; reeks; serie)
the series; the sequence; the concatenation; the chain; the string; the succession
- series [the ~] sustantivo
- sequence [the ~] sustantivo
- concatenation [the ~] sustantivo
- chain [the ~] sustantivo
- string [the ~] sustantivo
- succession [the ~] sustantivo
de rij (reeks; aaneenschakeling; serie; keten)
the series; the sequence; the string; the chain; the succession
- series [the ~] sustantivo
- sequence [the ~] sustantivo
- string [the ~] sustantivo
- chain [the ~] sustantivo
- succession [the ~] sustantivo
de rij
the row
– The horizontal arrangement of cells in a table or spreadsheet. ¹
- row [the ~] sustantivo

Translation Matrix for rij:

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
chain	aaneenschakeling; keten; reeks; rij; serie	aaneengeschakelde ringen om iemand mee vast te binden; aaneenschakeling; boei; cyclus; grootwinkelbedrijf; halsketting; halssnoer; kabel; kabeltouw; keten; ketting; kettinkje; kluister; reeks; samentrekking; samenvoeging; scheepskabel; scheepstouw; serie; snoer; winkelketen
concatenation	aaneenschakeling; keten; reeks; rij; serie
file	colonne; file; gelid; rij	bestand; dossier; file; gelid; hoofdboek; klapper; legger; map; opbergmap; ordner; rij manschappen; vijl
line	colonne; file; gelid; rij	aansluiting; afzetlint; connectie; contact; koord; kordon; lijn; lijntje; linie; lint; politielint; regel; schriftlijn; streep; streepje; verbinding
queue	colonne; file; rij	wachtrij
rank	gelid; rij	aanzien; achting; gelid; hiërarchie; niveau; rang; rangorde; rij manschappen; volgorde
row	colonne; file; gelid; rij	aaneenschakeling; botsing; conflict; cyclus; dispuut; keten; ketting; meningsverschil; onenigheid; record; reeks; rijtje; roeitochtje; ruzie; serie; snoer; stennis; twist; woordenwisseling
sequence	aaneenschakeling; keten; reeks; rij; serie	aaneenschakeling; cyclus; opeenvolging; opvolging; reeks; samentrekking; samenvoeging; sequens; sequentie; serie; successie; vervolgdeel
series	aaneenschakeling; keten; reeks; rij; serie	aaneenschakeling; aaneenschakelingen; cyclus; opeenvolgingen; reeks; reeksen; samentrekking; samenvoeging; serie; series
string	aaneenschakeling; keten; reeks; rij; serie	aaneenschakeling; bindgaren; bindtouwen; draad; garen; reeks; rijgsnoer; serie; sliert; slingervormig ding; snaar; tekenreeks
succession	aaneenschakeling; keten; reeks; rij; serie	aaneenschakeling; erfopvolging; opeenvolging; opvolging; successie
Verb	Traducciones relacionadas	Other Translations
chain		binden; boeien; ketenen; kluisteren; vastketenen; vastkluisteren; vastleggen
file		archiveren; bewaren; opbergen; opslaan; vijlen
line		belijnen; lijnen; liniëren; strepen; strepen trekken; van lijnen voorzien
rank		classificeren; in het gelid stellen; rangschikken
row		roeien
string		dichtrijgen; dichtsnoeren; rijgen; snoeren
Adjective	Traducciones relacionadas	Other Translations
rank		godgeklaagd; hemeltergend; ranzig; schandaleus; ten hemel schreiend; zeer ergerlijk

Palabras relacionadas con "rij":

rijen, rijs

Definiciones relacionadas de "rij":

aantal mensen of dingen naast of achter elkaar²
- er stond een rij mensen voor het loket²

Wiktionary: rij

rij

noun

geordende opstelling van een aantal eenheden in één richting
- rij → row
een opeenvolging van elementen
- rij → sequence

rij

noun

straight sequence of people, queue
- line → rij; file; lijn
column of people
- file → kolonne; file; rij
line of people
- queue → rij
line of objects
- row → rij
in a table
- row → rij
group of animals, vehicles, or people
- train → karavaan; rij; stoet

Cross Translation:

From	To	Via
• rij	→ queue; line	↔ Schlange — Abfolge, Reihe von Individuen oder Gegenständen
• rij	→ row; file; line; run; sequence	↔ rangée — Traductions à trier suivant le sens

Traducciones automáticas externas:

Traducciones relacionadas de rij

Eliminar anuncios

Traducir rij de neerlandés a inglés

Traducciones detalladas de rij de neerlandés a inglés

rij:

rij [de ~] sustantivo

de rij (colonne; file)

de rij (gelid)

de rij (aaneenschakeling; keten; reeks; serie)

de rij (reeks; aaneenschakeling; serie; keten)

de rij

Translation Matrix for rij:

Palabras relacionadas con "rij":

Definiciones relacionadas de "rij":

Wiktionary: rij

Traducciones relacionadas de rij