Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. samenloop:
  2. samenlopen:
  3. User Contributed Translations for samenloop:
    • convergence


Neerlandés

Traducciones detalladas de samenloop de neerlandés a inglés

samenloop:

samenloop [de ~ (m)] sustantivo

  1. de samenloop
    the concourse; the concurrence

Translation Matrix for samenloop:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
concourse samenloop
concurrence samenloop afspraak; akkoord; gelijktijdigheid; overeenkomst; regeling; schikking

Palabras relacionadas con "samenloop":


samenloop forma de samenlopen:

samenlopen verbo (loop samen, loopt samen, liep samen, liepen samen, samengelopen)

  1. samenlopen (samenvallen)
    to coincide; to converge; to correspond
    • coincide verbo (coincides, coincided, coinciding)
    • converge verbo (converges, converged, converging)
    • correspond verbo (corresponds, corresponded, corresponding)

Conjugaciones de samenlopen:

o.t.t.
  1. loop samen
  2. loopt samen
  3. loopt samen
  4. lopen samen
  5. lopen samen
  6. lopen samen
o.v.t.
  1. liep samen
  2. liep samen
  3. liep samen
  4. liepen samen
  5. liepen samen
  6. liepen samen
v.t.t.
  1. ben samengelopen
  2. bent samengelopen
  3. is samengelopen
  4. zijn samengelopen
  5. zijn samengelopen
  6. zijn samengelopen
v.v.t.
  1. was samengelopen
  2. was samengelopen
  3. was samengelopen
  4. waren samengelopen
  5. waren samengelopen
  6. waren samengelopen
o.t.t.t.
  1. zal samenlopen
  2. zult samenlopen
  3. zal samenlopen
  4. zullen samenlopen
  5. zullen samenlopen
  6. zullen samenlopen
o.v.t.t.
  1. zou samenlopen
  2. zou samenlopen
  3. zou samenlopen
  4. zouden samenlopen
  5. zouden samenlopen
  6. zouden samenlopen
diversen
  1. loop samen!
  2. loopt samen!
  3. samengelopen
  4. samenlopend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

samenlopen [znw.] sustantivo

  1. samenlopen
    the confluence

Translation Matrix for samenlopen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
confluence samenlopen samenstroming; samenvloeiing
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
coincide samenlopen; samenvallen
converge samenlopen; samenvallen
correspond samenlopen; samenvallen corresponderen; een briefwisseling hebben; overeenkomstig zijn; schrijven

Palabras relacionadas con "samenlopen":