Noun | Traducciones relacionadas | Other Translations |
accumulation
|
samenvoeging
|
accumulatie; bende; berg; cumuleren; groep; hoop; massa; opeenhopen; opeenhoping; opeenstapeling; ophopen; ophoping; opstapelen; samenscholing; selectie; sortering; stapel; stapelen; stel; troep; verzameling
|
addition sum
|
optelsom; samenvoeging
|
|
arrangement
|
assemblage; assembleren; montage; samenstelling; samenvoeging
|
arrangement; indeling; instrumentatie; opstelling; ordenen; ordening; orkestratie; plaatsing; rangschikking; regeling; schikken; schikking
|
assembly
|
assemblage; assembleren; montage; samenstelling; samenvoeging
|
assemblee; assembly; bijeenkomst; manifestatie; samenkomst; samenzijn; vergadering; zitting
|
chain
|
aaneenschakeling; samentrekking; samenvoeging
|
aaneengeschakelde ringen om iemand mee vast te binden; aaneenschakeling; boei; cyclus; grootwinkelbedrijf; halsketting; halssnoer; kabel; kabeltouw; keten; ketting; kettinkje; kluister; reeks; rij; scheepskabel; scheepstouw; serie; snoer; winkelketen
|
clubbing
|
bijeenlegging; samenvoeging
|
|
coming together
|
aaneenschakeling; samentrekking; samenvoeging
|
|
composition
|
assemblage; assembleren; bijeenlegging; montage; samenstelling; samenvoeging
|
akkoordprocedure; architectuur; betekenis; bouw; bouwkunst; combinatie; constructie; inhoud; onderdelen; opbouw; opbouwen; opstel; samengesteld geheel; samenstelling; samenstelling taalkunde; scriptie; structuur; verslag
|
concentration
|
aaneenschakeling; samentrekking; samenvoeging
|
aandacht verenigen; concentratie; dichtheid; geconcentreerdheid
|
connection
|
aaneenvoeging; las; samenvoeging; verbinding
|
aaneenkoppeling; aaneensluiting; aansluiting; affaire; avontuurtje; band; connectie; contact; correlatie; eensgezindheid; koppeling; las; liaison; link; onderling verband; relatie; saamhorigheid; samenhang; schakel; schakeling; slippertje; solidariteit; telefoonaansluiting; telefoonlijn; telefoonverbinding; tussenstuk; tussenvoegsel; tussenzetsel; verband; verbinding; verbondenheid; verhouding; verwantschap
|
footing
|
optelsom; samenvoeging
|
|
joining together
|
las; samenvoeging; verbinding
|
bijeen voegen
|
montage
|
assemblage; assembleren; montage; samenstelling; samenvoeging
|
filmmontage; montage; montering
|
sequence
|
aaneenschakeling; samentrekking; samenvoeging
|
aaneenschakeling; cyclus; keten; opeenvolging; opvolging; reeks; rij; sequens; sequentie; serie; successie; vervolgdeel
|
series
|
aaneenschakeling; samentrekking; samenvoeging
|
aaneenschakeling; aaneenschakelingen; cyclus; keten; opeenvolgingen; reeks; reeksen; rij; serie; series
|
sum
|
optelsom; samenvoeging
|
bedrag; optelling; rekenopgave; rekensom; samentelling; som; somma
|
Verb | Traducciones relacionadas | Other Translations |
chain
|
|
binden; boeien; ketenen; kluisteren; vastketenen; vastkluisteren; vastleggen
|