Interglot - "speuren" traducido de neerlandés a inglés

Resumen

Neerlandés a inglés: más información...

speuren:
- nose around; investigate; ferret around; nose about; browse; hunt; ferret about; search; sniff around; research; search for; inquire

Neerlandés

Traducciones detalladas de speuren de neerlandés a inglés

speuren (neuzen)
nose around; to investigate; ferret around; to nose about; to browse; to hunt; ferret about; to search
- nose around verbo
- investigate verbo (investigates, investigated, investigating)
- ferret around verbo
- nose about verbo (noses about, nosed about, nosing about)
- browse verbo (browses, browsed, browsing)
- hunt verbo (hunts, hunted, hunting)
- ferret about verbo
- search verbo (searches, searched, searching)
speuren (rechercheren; snuffelen; naspeuring doen)
sniff around; to investigate; to search for
- sniff around verbo
- investigate verbo (investigates, investigated, investigating)
- search for verbo (searches for, searched for, searching for)
to research
– attempt to find out in a systematically and scientific manner ¹
- research verbo (researches, researched, researching)
  - The student researched the history of that word¹
speuren (vorsen; onderzoeken)
to inquire
- inquire verbo (inquires, inquired, inquiring)

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
hunt		jaagpartij; jacht; jachtexpeditie; jachtpartij; jagen; wildjacht
research		research
search		doorzoeking; fouilleren; huiszoeking; speurtocht; zoektocht
Verb	Traducciones relacionadas	Other Translations
browse	neuzen; speuren	afgrazen; bladeren; browsen; grasduinen; graseten; grazen; snuffelen; weiden; zoeken
ferret about	neuzen; speuren
ferret around	neuzen; speuren
hunt	neuzen; speuren	azen; prooizoeken
inquire	onderzoeken; speuren; vorsen	navragen
investigate	naspeuring doen; neuzen; rechercheren; snuffelen; speuren	checken; doorvorsen; nagaan; naspeuren; nasporen; natrekken; onderzoeken; verifiëren
nose about	neuzen; speuren	om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen
nose around	neuzen; speuren
research	naspeuring doen; rechercheren; snuffelen; speuren	documenteren; iets opzoeken; naspeuren; nasporen; navorsen; nazoeken; onderzoeken
search	neuzen; speuren	doorzoeken; fouilleren; grondig doorzoeken; uitkammen; visiteren; zoeken
search for	naspeuring doen; rechercheren; snuffelen; speuren	afzoeken; zien te vinden; zoeken
sniff around	naspeuring doen; rechercheren; snuffelen; speuren