Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. sujetten:
  2. sujet:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de sujetten de neerlandés a inglés

sujetten:

sujetten [de ~] sustantivo, plural

  1. de sujetten
    the skunks; the characters

Translation Matrix for sujetten:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
characters sujetten karakters; letters; lettertekens
skunks sujetten schoften; smeerlappen; stinkerds; varkens; viezeriken; viezerikken; zwijnen

Palabras relacionadas con "sujetten":


sujetten forma de sujet:

sujet [het ~] sustantivo

  1. het sujet (heerschap; vent)
    the guy; the bloke; the fellow; the chap
    • guy [the ~] sustantivo
    • bloke [the ~] sustantivo
    • fellow [the ~] sustantivo
    • chap [the ~] sustantivo

Translation Matrix for sujet:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
bloke heerschap; sujet; vent gast; goser; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent
chap heerschap; sujet; vent gast; goser; gozer; kerel; knakker; knul; man; snuiter; vent
fellow heerschap; sujet; vent ambtgenoot; collega; compagnon; gabber; gast; gezel; goser; gozer; kameraad; kameraadje; kerel; knakker; knul; kompaan; kornuit; maat; maatje; makker; man; metgezel; pal; snuiter; spitsbroeder; vakgenoot; vent; vriend; vriendje
guy heerschap; sujet; vent jongen; rakker; snuiter

Palabras relacionadas con "sujet":


Wiktionary: sujet


Cross Translation:
FromToVia
sujet individual; person; fellow; guy; chap individu — didact|fr entité autonome qui ne peut être ni partager ni diviser sans perdre les caractéristiques qui lui sont propres.