Neerlandés
Traducciones detalladas de tastbaar de neerlandés a inglés
tastbaar:
-
tastbaar (waarneembaar; herkenbaar; zichtbaar; merkbaar; bemerkbaar; voelbaar; hoorbaar)
noticeable; tangible; recognizable; perceptible; audible; identifiable; palpable; discernible; phenomenal; recognisable-
noticeable adj.
-
tangible adj.
-
perceptible adj.
-
audible adj.
-
identifiable adj.
-
palpable adj.
-
discernible adj.
-
phenomenal adj.
-
-
tastbaar (concreet; stoffelijk; duidelijk; konkreet; aanraakbaar; voelbaar; grijpbaar)
Translation Matrix for tastbaar:
Palabras relacionadas con "tastbaar":
Traducciones automáticas externas: