Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. werkplek:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de werkplek de neerlandés a inglés

werkplek:

werkplek [de ~] sustantivo

  1. de werkplek (plek van werken)
    the workplace; the work station; the place of work
  2. de werkplek (werkkring; baan; werk)
    the job
    • job [the ~] sustantivo
  3. de werkplek
    the workplace
  4. de werkplek
    the Workplace
    – The page where users find cases and activities that are assigned to them. Users can accept, assign, and delete assignments from here. They can also check the public lists of activities and cases and accept those as well. 1

Translation Matrix for werkplek:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Workplace werkplek
job baan; werk; werkkring; werkplek aanstelling; aanvraag; ambacht; ambt; arbeid; arbeidsplaats; baan; baantje; benoeming; beroep; betrekking; bezigheid; contract; dienstbetrekking; functie; inspanning; installatie; job; karweitje; klusje; positie; taak; vak; werk; werkzaamheid
place of work plek van werken; werkplek
work station plek van werken; werkplek
workplace plek van werken; werkplek

Palabras relacionadas con "werkplek":

  • werkplekken

Wiktionary: werkplek


Cross Translation:
FromToVia
werkplek workplace lieu de travailendroit où l'on effectue son activité professionnelle.