Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/español ->Buscar: loops

Resultados de loops en neerlandés y español

Eliminar anuncios

Resumen

Neerlandés a español: más información...

loops:
- ventoso; cachondo; en celo
loop:
- carrera; manera de actuar; carrerilla; manera; caja del fusil
Wiktionary:
- loops → estro, celo, brama, cachondez
- loop → cañón
- loop → curso, correr, tubo, cañón

Neerlandés

Traducciones detalladas de loops de neerlandés a español

loops:

loops adj.

loops (bronstig; krols)
ventoso; cachondo; en celo
- ventoso adj.
- cachondo adj.
- en celo adj.

Translation Matrix for loops:

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
cachondo		aardigheid; gein; geintje; gekheid; grapje; lolletje; pretje; scherts
Modifier	Traducciones relacionadas	Other Translations
cachondo	bronstig; krols; loops	geestig; geinig; grappig; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; leuk; lollig; soppig; uiig
en celo	bronstig; krols; loops	tam
ventoso	bronstig; krols; loops	tochtig; trekkerig; winderig

Palabras relacionadas con "loops":

loopsheid, loopse, loop

Wiktionary: loops

Cross Translation:

From	To	Via
• loops	→ estro; celo; brama; cachondez	↔ heat — condition where a mammal is aroused sexually or where it is especially fertile

loops forma de loop:

loop [de ~ (m)] sustantivo

de loop (hardloopwedstrijd)
la carrera; la manera de actuar; la carrerilla; la manera
- carrera [la ~] sustantivo
- manera de actuar [la ~] sustantivo
- carrerilla [la ~] sustantivo
- manera [la ~] sustantivo
de loop (geweerlade)
la caja del fusil
- caja del fusil [la ~] sustantivo

Translation Matrix for loop:

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
caja del fusil	geweerlade; loop
carrera	hardloopwedstrijd; loop	concours; cursus; draven; ervaring; gedraaf; gehaast; gehol; gejaag; gejacht; gejakker; geren; hardloperij; kursus; leergang; partij; pot; praktijk; race; rennen; routine; strijd; studie; wedloop; wedloop van hardlopers; wedren; wedstrijd
carrerilla	hardloopwedstrijd; loop
manera	hardloopwedstrijd; loop	gedrag; gedragslijn; gedragswijze; handelwijze; manier; methode; moedervorm; optreden; procedure; trant; wijs; wijze
manera de actuar	hardloopwedstrijd; loop	gedragslijn

Palabras relacionadas con "loop":

lopen, loops, loopje, loopjes

Wiktionary: loop

loop

noun

voorste deel van een wapen
- loop → cañón

Cross Translation:

From	To	Via
• loop	→ curso	↔ course — onward movement
• loop	→ curso	↔ course — path taken by a waterway
• loop	→ correr	↔ run — the act of running
• loop	→ tubo; cañón	↔ tube — Tuyau.

Eliminar anuncios

Eliminar anuncios