Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/español ->Buscar: autoriteit

Resultados de autoriteit en neerlandés y español

Eliminar anuncios

Resumen

Neerlandés a español: más información...

autoriteit:
- autoridad; poder; supremacía; dominio; señorío
Wiktionary:
- autoriteit → autoridad
- autoriteit → autoridad, prestigio, mérito, gloria, fama

Neerlandés

Traducciones detalladas de autoriteit de neerlandés a español

autoriteit:

autoriteit [de ~ (v)] sustantivo

de autoriteit (gezagsorgaan; instantie)
la autoridad
- autoridad [la ~] sustantivo
de autoriteit (heerschappij; gezag; macht)
el poder; la supremacía; la autoridad; el dominio; el señorío
- poder [el ~] sustantivo
- supremacía [la ~] sustantivo
- autoridad [la ~] sustantivo
- dominio [el ~] sustantivo
- señorío [el ~] sustantivo

Translation Matrix for autoriteit:

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
autoridad	autoriteit; gezag; gezagsorgaan; heerschappij; instantie; macht	autoriteiten; bevoegdheid; competentie; force majeure; gezag; gezaghebber; gezaghebbers; gezagsdrager; gouvernement; invloed; kabinet; kracht; macht; overmacht; regering; vermogen
dominio	autoriteit; gezag; heerschappij; macht	TLD; bedwang; beheersing; bezitting; boedel; district; domein; gebiedsdeel; huisraad; inboedel; invloed; kracht; macht; mate van bekwaamheid; rayon; rayon van een bedrijf; topleveldomein; vermogen
poder	autoriteit; gezag; heerschappij; macht	autorisatie; capaciteit; fiat; geven van volmacht; gezag; gouvernement; kabinet; kracht; lastbrief; lastgeving; licentie; macht; machtiging; machtigingsformulier; mandaat; procuratie; regering; toestemming; vergunning; vermogen; volmacht
señorío	autoriteit; gezag; heerschappij; macht
supremacía	autoriteit; gezag; heerschappij; macht	force majeure; hegemonie; overmacht; suprematie
-	deskundige; gezag; specialist
Verb	Traducciones relacionadas	Other Translations
poder		iets mogen; mogen
Not Specified	Traducciones relacionadas	Other Translations
dominio		domein

Palabras relacionadas con "autoriteit":

autoriteiten

Sinónimos de "autoriteit":

Definiciones relacionadas de "autoriteit":

wie ergens veel van af weet¹
- Peter Post is een autoriteit op het gebied van wielrennen¹
wie iets te zeggen heeft over andere mensen¹
- de plaatselijke autoriteiten bepalen dat de winkels langer open blijven¹

Wiktionary: autoriteit

autoriteit

noun

de overheid
- autoriteit → autoridad

Cross Translation:

From	To	Via
• autoriteit	→ autoridad	↔ autorité — pouvoir ou droit de commander, d’obliger quelqu’un à quelque chose.
• autoriteit	→ prestigio; mérito; gloria; fama	↔ gloire — La renommée brillante, universelle et durable, l’éclat que les vertus, le mérite, les grandes qualités, les grandes actions ou les grandes œuvres attirer à quelqu’un.

Traducciones automáticas externas:

¹Muiswerk Woordenboek

Eliminar anuncios

Eliminar anuncios